Brussel wil de binnenvaart stimuleren zodat er meer lading over water gaat – en dus schoner wordt vervoerd. Maar dan moet de infrastructuur wel op orde zijn, aldus vertegenwoordigers van de binnenvaart.
Brussel wil dat lading van de weg naar het water gaat. In 2030 moet de binnenvaart in Europa 25 procent meer vervoeren en in 2050 zelfs 50 procent. Die doelstellingen van het EU-beleid staan nog steeds overeind, zo bleek tijdens het congres van de Europese Binnenvaart Unie op 17 november in Brussel.
Naiades en TEN-T
Daar spraken Henrik Hololei, directeur-generaal van DG Mobiliteit & Vervoer bij de Europese Commissie, en Europarlementariër Dominique Riquet, co-rapporteur van de TEN-T-revisie. Zowel het binnenvaartpakket Naiades, waarvoor de derde, aangepaste versie klaarligt, als de nieuwe TEN-T-plannen voor het grensoverschrijdende infrastructuurnetwerk, moeten daarbij helpen.
Een tweede doel is dat de EU de binnenvaart helpt om in 2050 volledig emissievrij te varen. Beide doelen ondersteunen het klimaatbeleid van Brussel.
Ook Vaclav Bernard, de viceminister van Transport van Tsjechië, staat daarachter. Hij was eveneens aanwezig op het EBU-congres en vertelde dat zijn land voornemens is op de Europese top op 5 december de nieuwe TEN-T-versie voor transportnetwerken en binnenvaartpakket Naiades III aangenomen te krijgen. Tsjechië is momenteel voorzitter van de Europese Unie.
Mooie woorden
Het zijn mooie woorden en bedoelingen, maar het ontbreekt aan daden, zo ervaart de binnenvaart. Vooral de EU-landen investeren te weinig in vaarwegen en ze doen ook te weinig aan onderhoud. De binnenvaart doet daarom – niet voor het eerst – een beroep op de politci en overheden om de infrastructuur op orde te brengen.
Onder meer bij monde van EBU-voorzitter Philippe Grulois. Hij noemde Hololei en Riquet “vrienden van de EBU en de binnenvaart” en roemde de samenwerking met de Europese Commissie en de het Europees Parlement als partners. Aanpassing van de TEN-T-plannen en het Naiades-actieplan zijn belangrijk, erkende hij. Maar hij vervolgde dat partners elkaar de waarheid moeten kunnen zeggen en vervolgens samen op zoek gaan naar oplossingen voor problemen. De slechte natte infrastructuur in Europa belemmert de binnenvaart. Dat is nu al, daardoor is het een reëel risico dat de binnenvaart de beoogde extra lading over water helemaal niet kan verwerken.
Grulois noemde twee concrete eisen: de eerste is dat bruggen overal minimaal 7 meter hoog moeten zijn in plaats van 5,25 meter, zodat schepen er met ten minste drie lagen containers onderdoor kunnen varen. Liever nog 9,10 meter, en dus vier lagen. De tweede is dat overal een gegarandeerde diepgang van 2,50 meter als maatstaf wordt aangehouden.
Te weinig geld
Manfred Seitz, directeur van het secretariaat van de Donaucommissie, verwoordde zijn frustratie en onmacht dat landen niet gedwongen kunnen worden voldoende te investeren in vaarwegen. De Donau was afgelopen zomer langdurig gestremd tussen kilometer 563 en 565. Dat kwam doordat de Bulgaarse regering niet voor afdoende onderhoud en diepgang zorgde.
Nationale vaarwegbeheerders worden volgens Seitz beperkt in hun mogelijkheden. Door de beschikbare budgetten, materialen, maar ook door de lage lonen. “Zelfs als er voldoende geld zou zijn voor onderhoud, zijn er te weinig mensen om het werk uit te voeren.” Hij gaf als voorbeeld kapiteins in dienst van vaarwegbeheerders bij voormalige Oost-Europese landen die 300 tot 400 euro per maand verdienen. “Als ze kiezen voor een baan op een commercieel riviercruiseschip verdienen ze het tienvoudige.”
Stappen achteruit
Ook voorzitter Martin Staats van het Bundesverband der Deutschen Binnenschifffahrt wees erop dat nationale overheden te weinig geld en aandacht schenken aan hun vaarwegen, bruggen en sluizen. “We hebben in Duitland afspraken gemaakt met de vorige transportminister Scheuer en samen een 8-punten-plan voor de binnenvaart opgeteld, maar er gebeurt bijna niks. Met de nieuwe regering doen we stappen achteruit.”
Beloofd budget voor vaarwegenonderhoud sneuvelde deze maand in de Bondsdag en de verdieping van de Middenrijn is ook weer uitgesteld.
De binnenvaartvertegenwoordigers op het EBU-congres deden een dringend beroep op de Europese Commissie en Europese Unie om spijkers met koppen te slaan. Niet alleen voor het Europese vaarwegenbeleid, maar ook om de lidstaten met binnenvaart in beweging te krijgen eindelijk serieus werk te maken van onderhoud, vernieuwing en uitbreiding van hun natte infrastructuur.