Nederland stelt de invoering van de CO2-reductieplicht voor brandstofleveranciers aan de binnenvaart uit. In plaats van 1 januari 2022 wordt het bijmengen van biobrandstoffen nu vanaf 1 januari 2023 verplicht.
Dat hebben minister Barbara Visser en staatssecretaris Steven van Weyenberg van Infrastructuur en Waterstaat besloten omdat omringende landen niet per 1 januari 2022 zullen overgaan tot toepassing van de Europese FQD-richtlijn voor de binnenvaart. Aangezien de gasolie met biocomponenten aanzienlijk duurder is, vreesden Nederlandse bunkerbedrijven dat schippers massaal in België en Duitsland brandstof zouden gaan kopen.
“Om een gelijk speelveld voor de Nederlandse brandstofleveranciers te kunnen waarborgen, is daarom besloten om ook in Nederland de reductieverplichting niet per 1 januari 2022 in te voeren”, meldde Visser vrijdag 17 december aan de Tweede Kamer. “Dit zal worden doorgeschoven naar 1 januari 2023. Over de wijze waarop zal in 2022 worden overlegd met de Europese Commissie en met de ons omringende landen Duitsland en België.”
Vervolgonderzoek
Het uitstel komt de sector goed uit: dat biedt tijd voor extra onderzoek aanvullend op het NEN-onderzoek naar de gevolgen van de bijmenging. Vanuit de binnenvaart werd, onder andere door schippersvereniging ASV en verzekeraar EOC, gewezen op risico’s van verstopte filters en stilvallende motoren, vooral bij toepassing van FAME.
Het eveneens op 17 december gepubliceerde onderzoek neemt die kritiek niet weg. Visser schrijft te “constateren dat het NEN-onderzoek de onrust bij de brancheverenigingen niet heeft kunnen wegnemen. Er zijn uitgebreide reacties binnengekomen van het Centraal Bureau voor de Rijn- en Binnenvaart, Koninklijke BLN-Schuttevaer, de Algemeene Schippers Vereeniging, de IVR en verzekeringsmaatschappij EOC. De algemene teneur van de reacties is dat er nog onvoldoende antwoorden liggen op de vragen die leven in de branche.”
Brandstoffilter
NEN heeft bij het Meldpunt Binnenvaart geregistreerde incidenten waarbij schepen te maken kregen met teruglopend toerental, haperingen of stilvallen van de motor vanwege verstopte brandstoffilters onderzocht en stelt dat dat het lastig is om conclusies te trekken over wat nu precies de oorzaak was van die problemen, aldus Visser. “Alle meldingen betroffen unieke gevallen waarbij bovendien soms vragen werden opengelaten of te weinig detail opleverden. NEN geeft aan dat toepassing van FAME de effectieve gebruiksduur van een brandstoffilter danig kan verlagen.”
De minister is in gesprek met de genoemde organisaties over de aanbevelingen van NEN. Veel daarvan sturen aan op een vervolgtraject. Visser: “Ik wil daarom samen met bovengenoemde partijen, de brandstofleveranciers en andere betrokken partijen in de keten dit vervolgtraject opzetten op basis van de aanbevelingen van NEN. Ook meer praktijkonderzoek behoort daarbij tot de mogelijkheden.”
