Het Adviescollege Toetsing Regeldruk tikt minister Robert Tieman op de vingers om het huidige voorstel waarmee het kabinet de Binnenvaartregeling wil aanpassen aan de geactualiseerde versie van ES-TRIN. Dat schiet te kort, vindt het ATR. Uit de toelichting bij de technische voorschriften voor nieuwbouwschepen blijkt niet wat de gevolgen zijn voor de binnenvaart en verder ontbreekt een berekening van de “regeldrukeffecten”.
De minister van Infrastructuur en Waterstaat had het besluit (formeel: Wijziging Binnenvaartregeling ter implementatie van het CCR besluit 2024-II-14) voorgelegd aan het ATR. Dat is sinds maart dit jaar verplicht bij nieuwe wet- en regelgeving die aanzienlijke regeldruk veroorzaakt voor bedrijven. Volgens het adviescollege rammelt het voorstel. Daarom adviseert het ATR om nut en noodzaak van de inhoudelijke wijzigingen nader te onderbouwen en de lastendruk te verminderen. Het oordeel is dan ook dat het voorstel tot wijziging niet moet worden ingediend en vastgesteld.
Wijziging
De nieuwe eisen komen voort uit de Europese standaard voor technische voorschriften voor binnenschepen: ES-TRIN. Deze standaard stellen de Europese Unie (EU) en de Centrale Commissie voor de Rijnvaart (CCR) samen vast, via het Europees Comité voor de opstelling van standaarden voor de binnenvaart (CESNI). Daarmee worden technische regels voor de binnenvaart in Europa zoveel mogelijk geharmoniseerd, zodat schepen in verschillende landen aan dezelfde veiligheids- en milieueisen voldoen.
Met de wijziging van de Binnenvaartregeling worden deze Europese voorschriften nu in de Nederlandse regelgeving verwerkt. Concreet gaat het om eisen voor het gebruik van brandstoffen met een laag vlampunt (zoals methanol), de technische inrichting van elektrische voortstuwing en het veilig gebruik van lithium-ion-accu’s. De aanpassing geldt vooral voor nieuw te bouwen schepen.
Effecten onduidelijk
De inhoudelijke wijzigingen hebben volgens de toelichting niet allemaal noemenswaardige gevolgen, aldus het ATR. “De toelichting gaat ten onrechte niet in op de aard en omvang van deze technische wijzigingen, waardoor onvoldoende duidelijk is of zij gevolgen hebben voor de bouw en het gebruik van nieuwe binnenvaartschepen.”
De effecten van de regeldruk door de wijziging van de Binnenvaartregeling zijn niet in kaart gebracht, en dat zou wel moeten, vindt het ATR. “Het is onduidelijk wat de effecten zijn en of, en zo ja in welke mate, er aanvullende kosten moeten worden gemaakt voor de bouw van binnenvaartschepen. Dat zou alsnog in kaart moeten worden gebracht.”
