
Terugblikkend over het afgelopen jaar komt onmiddellijk de viering van 10 jaar CESNI in mij op. Een mooie mijlpaal. Overheden en bedrijfsleven werken in CESNI samen aan heldere en uniforme standaarden voor de binnenvaart. Het lijkt zo logisch, maar dat was het tien jaar geleden niet.
Maar, het is een succes geworden, en ik durf te zeggen dat we dankzij CESNI veel beter in staat zijn om de ontwikkelingen in de binnenvaart te ondersteunen met passende regelgeving.
De ontwikkelingen in de binnenvaart gaan razendsnel. Nieuwe technologie verandert het werk en stelt andere eisen aan de kennis en kunde van de mensen aan boord. En aan de wal, want waar we tien jaar geleden nog niet van hadden kunnen dromen, is nu wel mogelijk: schepen bestuurd vanaf de wal.
Tien jaar geleden waren we in CESNI nog bezig met de standaarden die nodig waren om de nieuwe EU-richtlijn voor beroepskwalificaties en het herziene RSP in te vullen. Van vaartijd naar competenties, toetsbaar in examens. Simulatoren maken gerichte training mogelijk. Een grote stap vooruit.
En afgelopen jaar, als klap op de vuurpijl, heeft Duitsland besloten de Streckenkenntnis op grote stukken van de Rijn af te schaffen. Geen eisen die niet nodig zijn. Het vaarbewijs is genoeg. Natuurlijk, in deze beslissing spelen ook andere overwegingen een rol. Betere vaarwegmarkering, verkeersbegeleiding, meer ondersteuning door techniek. Want ook daar gaan de ontwikkelingen snel.
Nieuwe hulpmiddelen voor de schipper aan boord zijn mooi, maar je moet er wel met verstand mee omgaan. Recente ongelukken met TGAIN (Track Guidance Assistant for Inland Navigation ofwel trackcontrole-assistent, red.) bij sluizen laten dat zien je niet blindelings kunt vertrouwen op die techniek. Het blijft een hulpmiddel voor de mens aan boord, de schipper.
Hetzelfde geldt voor geautomatiseerd varen. De huidige pilotprojecten hebben nog steeds een complete bemanning aan boord. En dat is maar goed ook. Eerst ervaring opdoen, dan pas de volgende stap. Pas als we zeker weten dat de nieuwe technieken veilig genoeg zijn, kunnen we de standaarden aanpassen. Tot die tijd blijven we aangewezen op pilotprojecten waarvoor per geval ontheffing nodig is.
In CESNI werken we ondertussen ook aan nieuwe bemanningseisen. De huidige bemanningstabellen zijn lang geleden opgesteld. Het werk aan boord is door de nieuwe hulpmiddelen niet meer vergelijkbaar met toen. Met nieuwe bemanningstabellen willen we meer rekening houden met de werklast en taakverdeling aan boord.
Vaak lijkt het dat internationaal overleg langzaam gaat. En toch, als je bedenkt wat er in tien jaar gebeurd is, dan is het veel. Ik kan niet in de toekomst kijken en weet niet waar we over tien jaar staan. Maar één ding is zeker. De CESNI-standaarden helpen om nieuwe ontwikkelingen op een verantwoorde manier in te voeren. Want varen blijft mensenwerk en veiligheid staat daarbij voorop.
Lucia Luijten is tot 1 januari 2026 secretaris-generaal van de CCR.
















