Als varend ontgassen verboden wordt, moeten de verladers en ladingeigenaren de kosten van het ontgassen van tankers betalen. Als de wijziging van het Scheepsafvalstoffenbesluit (SAB) in werking treedt, staat daarin dat de “financiële lasten van het verbod bij de verladers en producenten van ladingen liggen”, aldus minister Mark Harbers.
Dat schrijft de demissionair bewindsman van Infrastructuur en Waterstaat in zijn antwoord op vragen van SP-Kamerlid Mahir Alkaya. Die maakt zich, net als de binnenvaart zorgen, dat er onvoldoende ontgassingsinstallaties zijn zodra het verbod op varend ontgassen ingaat. Dat is op zijn laatst op 1 juli 2024.
Installaties
Op de vraag of Harbers kan garanderen dat het lukt om tijdig voldoende ontgassingsinstallaties in te richten, houdt de minister de boot af: de bouw en de vergunningverlening is niet aan de rijksoverheid. “Het is nu aan de sectorpartijen om afspraken te gaan maken hoe zij invulling geven aan het voldoen aan dit verbod. Verladers en schippersorganisaties geven aan dat een deel van de stoffen (vrijwel) volledig dedicated vervoerd kan worden, waardoor voor deze stoffen niet meer ontgast hoeft te worden. De verwachting is dat zij ook afspraken gaan maken met ondernemers die ontgassingsinstallaties willen exploiteren.”
Volgens Harbers “ligt er een gedeelde verantwoordelijkheid bij de Rijksoverheid, bevoegde gezagen, verladers, exploitanten van ontgassingsinstallaties en de binnenvaartsector. Al deze partijen hebben specifieke taken. Het is niet aan de Rijksoverheid om in de bevoegdheid te treden van andere overheden of om acties uit te voeren die de markt moet nemen om zich voor te bereiden op het verbod.”
Hij gaat verder: “Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat bereidt de vereiste regelgeving voor fase 2 van het verbod voor en staat aan de lat voor het inrichten van handhaving en toezicht. Het ministerie legt zelf geen installaties aan. Wel is het ministerie op alle niveaus in gesprek met vertegenwoordigers van schippers, verladers, haven- en tankopslagbedrijven, exploitanten van ontgassingsinstallaties en provincies en omgevingsdiensten om deze voorbereiding te faciliteren.”
Roadmap Varend Ontgassen
Alkaya wilde weten of binnenvaartondernemers en verladers worden betrokken bij de opbouw van de benodigde ontgassingsinfrastructuur. Harbers’ antwoord is bevestigend: “Het ministerie betrekt relevante stakeholders actief op alle niveaus. Brancheorganisaties KBN, VNCI, VEMOBIN en VOTOB worden betrokken in werkgroepen waarin het verbod wordt voorbereid. Acties die worden opgepakt hebben bijvoorbeeld betrekking op noodzakelijke aanpassingen in de tankvaartketen, de vereisten aan vergunningverlening voor ontgassingsinstallaties en de inschatting van het aantal benodigde installaties.”
De organisaties zitten in een stuurgroep onder voorzitterschap van het ministerie. “Bovendien is er periodiek overleg op bestuurlijk niveau met deze partijen”, aldus Harbers. “Zo wordt er in november een bestuurlijk overleg georganiseerd om de voortgang te bespreken op verschillende onderwerpen.”
Dan komt ook de eerder door Harbers aangekondigde Roadmap Varend Ontgassen aan bod. “Hoewel de roadmap formeel nog in concept is, zijn er reeds vier werkgroepen aan de slag gegaan met het uitvoeren van taken in de roadmap.”