De versoepelde overgangsregeling voor het EU-kwalificatiecertificaat Schipper is 23 februari gepubliceerd in de Staatscourant. Het gaat om een noodregeling die nodig was na invoering van de Europese richtlijn waardoor het kwalificatiecertificaat het groot vaarbewijs vervangt. Nederland was op 18 januari nog niet klaar voor de nieuwe regelgeving.
Ook is een wijziging van het mandaat van exameninstantie CBR gepubliceerd. Hiermee komt het CBR degenen tegemoet die al bezig zijn met de opleiding. Het CBR is bevoegd het EU-kwalificatiecertificaat Schipper met eventuele specifieke vergunningen uit te geven en de nieuwe binnenvaartexamens uit te voeren. In de noodregeling zijn enkele uitzonderingen vermeld voor de kandidaten.
Vóór 1 mei
Als de kandidaat (nog) geen praktijkexamen Schipper kan doen, dan mag hij volstaan met het aantonen van 720 vaardagen. Dit voert het CBR al uit. Men moet het Navigatie 1 examen doen plus 4 jaar vaartijd aantonen. Dit is de afspraak die loopt tot 1 september.
Er is nu een extra regeling: als de kandidaat vóór 18 januari is gestart met het diplomatraject alle binnenwateren of rivieren, kanalen en meren en dit diploma vóór 1 mei 2022 behaalt, hoeft hij of zij geen overgangsexamen schipper te doen. Deze nieuwe coulanceregeling is ook van toepassing voor het diploma aspirant schipper.
