- Advertentie -
- Advertentie -
HomeNieuwsOngeduld in Tweede Kamer over verbod ontgassen

Ongeduld in Tweede Kamer over verbod ontgassen

- Advertentie -

Delen

De Tweede Kamer vindt dat het te lang duurt met het Europees verbod op varend ontgassen. Lammert van Raan van de Partij voor de Dieren sprak minister Cora Van Nieuwenhuizen daar op aan tijdens het Algemeen Overleg Maritiem op 2 juni en wil dat Nederland het desnoods zelf al eerder invoert.

“Wij willen het dossier zo snel mogelijk afsluiten. Hoe staat het ermee?”, vroeg Van Raan. “De Europese regels maken het mogelijk om al te verbieden. Nederland hoeft niet te wachten tot ook de andere landen de wet geratificeerd hebben.”

Ratificeren

Volgens Van Nieuwenhuizen kan dat niet. “Tot er een verbod is, kun je niet meer dan een appèl doen op partijen om het varend ontgassen tot een minimum te beperken”, zei ze. “Hoe graag ik ook zo’n verbod zou willen, ik kan het verdrag niet negeren. Daarin is bepaald dat het verbod ingaat zes maanden nadat de laatste verdragsstaat heeft geratificeerd. Het verdrag biedt daarvoor dus gewoon geen ruimte.”

Het gaat om een aanpassing van het scheepsafvalstoffenverdrag CDNI. Drie landen moeten dat nog goedkeuren. Zwitserland doet dat binnenkort, wist Van Nieuwenhuizen te vertellen. Ondanks aandringen van haar kant – al in het voorjaar van 2020 – is nog steeds onduidelijk hoever de overheden in Frankrijk en België ermee zijn.

Dichtbevolkte gebieden

Maar varend ontgassen is deels al wel verboden in Nederland, nuanceerde de demissionaire minister van Infrastructuur en Waterstaat: het mag niet in dichtbevolkte gebieden. “Dus in grote delen van Nederland mag het nu al niet. Daar wordt door de ILT ook op gehandhaafd. Onder andere met drones. Daarmee kunnen we zien of de klepjes openstaan op het schip. En dat gecombineerd met het systeem van Rijkswaterstaat (IVS Next, red.) en e-noses langs de vaarwegen, die gassen kunnen detecteren laat zien welk schip heeft ontgast.”

Als er binnen Nederland toch al een verbod is in dichtbevolkte gebieden, waarom kan dat dan ook niet voor de rest van het land, probeerde Van Raan nog eens. “De sector moet er wel op voorbereid zijn en er moet een alternatief zijn”, reageerde Van Nieuwenhuizen. “Wij zijn nu al zo ver dat we ontgassingsinstallaties al getest hebben, dat wij er al voor klaar zijn. Dat geldt voor de andere landen minder. We lopen al voorop.”

Ontgassingsinstallaties

Van Raan wilde ook weten hoe het staat met de locaties om schepen te ontgassen. “Hoeveel zijn er klaar, hoeveel denkt de minister er nog te realiseren dit jaar? We moeten de sector de kans geven zich erop te voorbereiden. Gebeurt dat wel?”

Van Nieuwenhuizen: “Over het aanbod van ontgassingsinstallaties zijn we via de Tasforce Varend Ontgassen al langdurig in gesprek met de sector en met andere overheden. We hebben een aantal mobiele ontgassingsinstallaties laten testen en naar het hele vergunningsproces gekeken met lokale overheden. De testresultaten zien er hoopgevend uit en de verwachting is dat we vergunningen kunnen verlenen. Uiteindelijk is het aan het bedrijfsleven zelf om ervoor te zorgen dat er voldoende installaties zijn, aangezien zij het beste kunnen inschatten en wat de behoefte is.”

 

 

 

 

 

 

Delen

- Advertentie -

Meer

1 reactie

  1. Eerst iets verbieden en dan pas zorgen dat men zo’n verbod na kan leven: het is de omgekeerde wereld.

    Ter aanvulling het CDNI verdrag waaruit blijkt dat de schipper tot zondebok wordt gemaakt, maar de ladingontvanger de verantwoordelijke is:

    Artikel 7.03 Laden en lossen : Bij het lossen draagt de ladingontvanger er zorg voor dat het schip vrij van overslagresten blijft. Zijn echter toch overslagresten ontstaan, dan draagt de ladingontvanger zorg voor de verwijdering.

    Enne….waar zijn al die provincies die staan te trappelen om die ontgassingsinstallaties te plaatsen?

Laat een reactie achter

Vul uw opmerking in!
Vul je naam in

- Advertentie -
- Advertentie -

- Advertentie -
- Advertentie -