Het Europees Parlement en de Raad hebben afspraken gemaakt die de verduurzaming van de Europese scheepvaart moeten stimuleren. Het voorstel FuelEU Maritime maakt deel uit van het Fit-For-55-pakket en bevat regels voor het gebruik van duurzame maritieme brandstoffen en regelt de uitstoot aan boord en aan wal, waaronder het gebruik van walstroom.
Het doel is om de uitstoot van broeikasgassen in de maritieme sector voor 2050 aanzienlijk te reduceren. De regels gelden voor grote container- en passagiersschepen boven de 5.000 GT (bruto ton), aangezien zij het grootste deel van de CO2-uitstoot in de sector voor hun rekening nemen tussen EU-havens en havens buiten de EU.
Koers naar emissievrij varen
Hiermee wordt invulling gegeven aan de Green Deal en de Europese Klimaatwet waarin de Europese Unie zich ten doel heeft gesteld om 55 procent van de CO2-uitstoot te reduceren. Europarlementariër Caroline Nagtegaal (VVD), liberale transportspecialist en medeonderhandelaar bij dit dossier, is blij met het resultaat. “Ik ben heel blij dat we met deze deal een routekaart voor schoner maritiem transport hebben gemaakt, waarmee de EU de maritieme sector duidelijkheid geeft over de koers naar emissievrij varen en de manier waarop klimaatdoelstellingen kunnen worden gehaald.”
“Emissievrij transport staat in die routekaart als duidelijke stip op de horizon”, vervolgt ze. “Door gebruik te maken van walstroom en schone brandstoffen kunnen emissies in de havens worden gereduceerd. Daarnaast blijft een grote rol weggelegd voor (bio- en synthetische) LNG in de transitiefase die de sector nodig heeft om dat emissievrije eindstation in 2050 te bereiken, zonder schipbreuk te lijden in het zicht van de haven.”
LNG
Een belangrijk onderdeel van het voorstel zijn de broeikasgasreductiepercentages. Dit zijn percentages die mettertijd stijgen en reders moeten stimuleren om duurzamere alternatieven te kiezen, waarbij de rol van LNG en de duurzamere bio- en synthetische varianten behouden blijven aldus Nagtegaal.
Want hoewel veelbelovende brandstoffen als waterstof, methanol en ammonia volop in de ontwikkelingsfase zitten, zijn deze schone alternatieven volgens haar momenteel nog niet op grote schaal beschikbaar en mist de essentiële bunkerinfrastructuur om de overstap te maken. Daarom is een transitieperiode met ruimte voor overgangsbrandstoffen noodzakelijk. Op termijn kunnen vervolgens andere alternatieven, zoals waterstof, methanol of ammonia, oplossingen bieden op het moment dat deze marktklaar zijn.
Walstroom
Daarnaast worden energiebesparende maatregelen aan boord, zoals schepen die met zeilen deels door wind worden aangedreven, ook beloond in de deal.
Tot slot wordt er gekeken naar het energiegebruik aan wal, door het gebruik van walstroom. Deze deal zorgt ervoor dat grote cargo- en passagiersschepen vanaf 2030 aan de stekker moeten wanneer zij aan de kade liggen. Uitzonderingen zijn er wanneer er een schip korter dan twee uur aan wal ligt, bij force majeure en wanneer een schip al gebruik maakt van een zero-emissie alternatief.