Een Italiaanse naam voor een mooi design; daarmee is de naam meteen in balans met alles wat we aan boord zien en waarop de Nederlandse rivercruise trots mag zijn tijdens de vaart op de Europese wateren. Het lijnenspel, de dekken, de boeg, een statig stuurhuis en het comfort aan boord beantwoorden volledig aan het beeld dat in de brochures wordt gepresenteerd en waarmee al veel reizen zijn geboekt.
“Ruimte, uitzicht vanaf iedere plaats aan boord, veel luxe en een overdosis ongedwongenheid spreken vooral nieuwe doelgroepen in de categorie veertigers en vijftigers aan”, zegt Maurice Eltink die ons verwelkomt.
Een standaardcabine.
Vanaf het moment dat het casco vanuit de werf van Vahali Shipyard in Belgrado op de Nederlandse werf in Gendt arriveerde, hebben wij de bouw gevolgd en de proefvaarten meegemaakt. Nu het schip de eerste reizen achter de rug heeft hebben we alle gelegenheid om Ton van Hengst te bezoeken op zijn paradepaardje dat net 140 tevreden passagiers op de Rijnkade heeft afgeleverd.
Twee passagiers wachten in het zitje van de entree nog op familie die hen komt afhalen. Hun koffers worden gespiegeld door de hoogglans van het tien maal gelakte hout van het ovale receptiemeubel uit de stal van Toine Willemsen. Die heeft zichzelf op dit schip compleet overtroffen: wat een warmte en uitstraling geeft zijn vakwerk.
Lichtkoepel
Even later worden we opgeslokt door een indrukwekkende salon waar het daglicht niet slechts langs de lange zijde naar binnenkomt maar ook door een groot deel van het plafond dat van een langwerpige lichtkoepel is voorzien. Claudia van Dodewaard heeft met de inrichting bewezen dat haar creatieve grenzen heel breed zijn en bezorgt ons daarmee direct het gevoel dat we ons aan boord helemaal thuis voelen. Veel stoffering en in combinatie met weinig motorgeluid geeft het een goede akoestiek waar je zonder stemverheffing ontspannen een gesprek kunt voeren.
De Captains Corner. (foto’s Hans Heiligers)
Ton van Hengst vertelt dat hij zeer tevreden is over het schip. Als we het schip gaan bekijken kunnen we ons voorstellen dat Van Hengst niet overdrijft als hij ons zegt dat het naadloos in alle programma’s van de betere touroperators past.
Er zijn zeventig cabines voor 140 gasten. De kamers hebben alle een Frans balkon met groots uitzicht. Dat ruime uitzicht is overal aan boord en is ook nog eens te zien via de beeldschermen. Zowel in de cabines als in de openbare ruimten zie je het live-beeld vanaf het voordek.
Captains Corner
We deelden al een pluim uit aan Toine Willemsen en doen dat nog eens als we op het achterschip de Captains Corner betreden. Alsof je een cottage house binnenstapt van het platteland in Engeland. Een fraai betimmerde brede boekenwand, een brandend vuurtje in de open haard, weldadige fauteuils en een strakke Apple-computer om te internetten.
Een eindje verderop betreden we de fitnessruimte die in de branche meer dan eens kind van de vierkante meter-rekening is, maar op dit schip niet. Compleet met een ruime sauna.
Via marmeren traptreden en langs enorme kroonluchters betreden we de dining room: die mag er met de kleurstelling en intimiteit eveneens zijn. We lopen langs het buffet naar de keuken waar we de machineruimte van het voorschip kunnen bekijken. Veth Propulsion heeft daar een boegschroefinstallatie weggezet van 630 pk, waardoor de machinekamer in het achterschip van dit 110 meter lange passagiersschip is vrijgesteld van de verplichting tot compartimenteren.
In het stuurhuis feliciteren we Johan Teekman, kapitein en schoonzoon van Van Hengst, met zijn onderkomen. Ook daar kun je moeiteloos je haar kammen in de hoogglans van de lessenaar. Het geeft wel vreemde effecten op de foto’s die we maken.
Bij ons vertrek zeggen we Ton van Hengst nog één keer dat hij een geweldig schip heeft en rijden daarna voorzichtig over de kade tussen alle vrachtauto’s die met de bevoorrading van de Antonio Bellucci bezig zijn.
(Hans Heiligers)