Ruim een jaar vaart Sieberen van Terwisga nu met een Optima-straalbuis onder zijn cementtanker mts Fenna. Meer stuwkracht, minder brandstofverbruik: hij kende de verhalen over de straalbuis van Damen Marine Components (DMC). Maar dat de besparing zó groot zou zijn? “Soms scheelt het tot wel 30 procent.”
Sieberen van Terwisga verontschuldigt zich: hij is een beetje slecht bij stem. Feestje gehad? “Nee, wedstrijden”, antwoordt de Fries, die dit jaar schipper is geworden op het skûtsje van Earnewâld. “Dan moet ik soms hard roepen.”
Het zeilschip dat hij bestuurt is Fries cultureel erfgoed, gebouwd in 1930. Ook het schip waar Van Terwisga in het dagelijks leven mee vaart, heeft al een respectabele leeftijd bereikt: de cementtanker mts Fenna dateert uit 1963 en gaat dus al zestig jaar mee.
En dat terwijl hijzelf juist een jonge schipper is van 33 jaar.
Van Terwisga is ook een bewuste schipper, iemand die de verrichtingen van ‘zijn’ Fenna goed in de gaten houdt en graag alle cijfers vergelijkt. Het afgelopen jaar kon hij zijn hart ophalen, toen er een Optima-straalbuis van Damen Marine Components (DMC) in combinatie met een nieuwe tunnel onder de Fenna werd geplaatst. Zou dat inderdaad voor minder brandstofverbruik zorgen?
Inmiddels, na ruim een jaar varen, durft hij wel een definitief antwoord te geven op deze vraag. “Nou en of”, zegt hij. “In sommige situaties scheelt het tot wel 30 procent. Gemiddeld halen we een brandstofbesparing van 15 tot 20 procent en ook dat is nog altijd heel veel.”
Hilda
Een zestig jaar oud schip met een splinternieuwe straalbuis, hoe is dat zo gekomen? “Het is begonnen met de Hilda”, vertelt Van Terwisga. Mts Hilda is het andere schip dat valt onder de VOF H. Taekema, de onderneming die Van Terwisga vormt met zijn vrouw en schoonouders. De Hilda en de Fenna zijn tankers voor het transport van cement, ze varen routes tussen Duitsland en betoncentrales in het noorden van Nederland.
“Ruim tien jaar geleden kwamen we tot de conclusie dat de Hilda een beetje rendement miste. Mijn schoonvader heeft daarop een straalbuis onder het schip laten plaatsen en dat beviel enorm goed. Toen we bij de Fenna voor dezelfde vraag kwamen te staan, en ook de gasolieprijzen omhoogschoten, zijn we ook voor dit schip op zoek gegaan naar een geschikte straalbuis.”
Van Terwisga vroeg offertes op bij verschillende aanbieders. Ook bij DMC in Hardinxveld-Giessendam. Van Terwisga: “Uiteraard, zou ik bijna zeggen, want DMC is een zeer bekende naam in de binnenvaart met een goede reputatie. We kregen berekeningen toegestuurd die we naast elkaar hebben gelegd. Op het gebied van efficiëntie, rendement en prijs-/kwaliteitverhouding kwam de Optima-straalbuis van DMC als gunstigste uit de vergelijking.”
Enkelschroever
De Fenna is een relatief kleine enkelschroever van 57 meter lang, 7,28 meter breed en een diepte van 2,90 meter. Om die reden kwam men uit op een Optima-straalbuis met een diameter van 1.260 millimeter, een stuk minder dan gemiddeld. “Maar vanwege de beperkte afmetingen van ons schip kunnen wij simpelweg geen grotere buis kwijt.”
Maatwerk was geboden, zegt Kees Oevermans, de technical sales manager die namens DMC het proces begeleidde. “De straalbuis heeft een lengte-/diameterverhouding van 0,4. Gangbaarder is 0,5, maar er was zo weinig ruimte dat we naar een kortere variant zijn gegaan. Een speciale, op maat gemaakte straalbuis. Het kan overigens nog kleiner: we hebben ze ook al van een halve meter gemaakt. En ook al tot 6 meter. Er zit niet echt een limiet op de diameter.”
In vergelijking met een open schroef vraagt een straalbuis meer water tijdens het varen. “Daarmee vergroot je feitelijk de pompwerking”, legt Oevermans uit. “Er komt meer stuwkracht, waardoor je óf sneller kunt varen óf minder brandstof verbruikt zonder iets aan de snelheid te veranderen. Over het te verwachten brandstofverbruik doen wij nooit een voorspelling, dat verschilt per schip. Maar dát je brandstof bespaart met een straalbuis, dat staat vast.”
30 procent
Sieberen van Terwisga kan dat beamen sinds het inbouwen van de straalbuis in februari 2022. “Ik merk vanaf het begin dat het scheelt. We kunnen nu op lagere toerentallen dezelfde snelheid blijven varen. Langzaam varen en toch stuwdruk houden, daarmee wordt het verschil gemaakt. Als we heel stabiel 10 à 11 kilometer per uur varen op stil water, gaat de brandstofbesparing zelfs richting 30 procent.”
De Fenna komt gemiddeld uit op een besparing van 15 tot 20 procent. Ook daar zou Van Terwisga van tevoren voor hebben getekend. “Je vaart er automatisch makkelijker en rustiger door, omdat je altijd het gevoel hebt dat je snelheid houdt, ook als je de gashendel een stukje terugtrekt. Je hebt nu eenmaal continu stuwdruk. Het vergt wel even een aanpassing in de manier van varen, maar daar wen je snel aan. Je ervaart bovendien meer comfort: het scheelt geluid.”
Bijkomend voordeel: het scheelt vaartijd. “Je blijft iets stabieler op snelheid, omdat je meer stuwdruk hebt en relatief iets minder last hebt van situaties waarin de snelheid meer beperkt werd, bijvoorbeeld ondieptes en kleinere kanalen of rivieren.”
Aanbeveling
De Optima-straalbuis kan hij andere schippers daarom aanraden, zowel voor inbouw als voor nieuwbouw. “Zoek je puur op rendement, dan is de straalbuis echt een aanbeveling”, stelt Van Terwisga. “Wij hebben het afgelopen jaar aantoonbaar brandstof bespaard en dat komt goed uit in deze dure tijden. Ook de samenwerking met DMC hebben we als zeer prettig ervaren. Ze hebben ons begeleid bij de inbouw, die we zelf hebben georganiseerd, en ik kan nog altijd bij ze terecht voor antwoorden en advies.”
En er is, zo vindt hij, nog een belangrijke reden om voor een Optima-straalbuis te kiezen. “Elke liter brandstof die je bespaart, zorgt voor minder uitstoot. Daar moeten we met z’n allen ook aan denken. Bovendien draait de motor nu continu in een betere belasting. Ook dat is beter voor het milieu.”