Heuvelman Ibis BV gaf begin 2018 de opdracht voor de bouw van twee nieuwe kraanschepen aan Scheepswerf Poppen Zwartsluis. Nadat eerder de Ibis VI werd opgeleverd, was het onlangs de beurt aan zusterschip Ibis VII, dat in acht maanden tijd werd gebouwd op de werf in Zwartsluis.
Beide schepen van 45 x 9,50 meter kenmerken zich door de wel zeer robuuste uitvoering, grote mate van flexibiliteit en het groene, duurzame karakter. Het afwerkingsniveau van dit slimme en zeer praktisch ingedeelde schip is bijzonder hoog. Met de ingebruikname van de Ibis VII telt de vloot van Heuvelman Ibis zo’n vijftien schepen, van kleine werkscheepjes tot een zeegaand kraanschip. De Ibis VI en VII vervangen de verouderde kraanschepen Ibis III en Arie Cornelis.
Zeer robuust
“Je kunt hem van de Martinitoren laten vallen en dan nog zit er geen deuk in de kimmen of het dek”, grapt directeur Martin Poppen. De knipoog heeft een serieuze ondertoon. Want de Ibis VII is uitzonderlijk robuust uitgevoerd. Zo is de buitenkant van de kimmen, vloeren en dekken uitgevoerd in het slijtvaste, maar ook zeer stijve hardox 400-staal. Dit voorkomt butsen en deuken tijdens het baggerwerk, wat het duurzame karakter van het kraanschip vergroot.
Goedkeuring van het ontwerp verliep via Bureau Veritas. “De eerste keer dat wij hardox 400 gebruikten voor een casco, had de goedkeuring best veel voeten in de aarde. Maar inmiddels kent Bureau Veritas dit unieke concept van onze werf en de goedkeuring van de Ibis VII verliep soepel”, licht Poppen toe.
Flexibel inzetbaar
Wat Heuvelman Ibis wenste, was een schip dat zeer flexibel inzetbaar is. Een schip waarop alle kranen van het bedrijf inzetbaar zijn en waarmee ook over de kop gewerkt kan worden. De specialist in waterbouwkundige projecten kwam bij Scheepswerf Poppen terecht naar aanleiding van de eerdere bouw van de werkschepen Doris voor de firma Lülsdorf en Prins 6 voor Van Den Herik.
“Naar aanleiding van onze ideeën is het ontwerp iets aangepast”, vertelt technisch directeur en mede-eigenaar Martijn Heuvelman. “Onze ervaringen met ons schip de Hans Paul liggen aan deze wens ten grondslag.”
Maximaal drijfvermogen
Waar het achterschip nagenoeg gelijk is aan dat van de Doris en Prins 6, is het voorschip behoorlijk aangepast voor maximaal drijfvermogen. De Ibis VI en VII zijn in hoofdlijnen identiek, maar er zijn ook verschillen. Zo is het voordek 3 meter langer, wat ten koste gaat van de inhoud van de beun. Op de beun kunnen draglineschotten worden gelegd, zodat de hele beun bruikbaar wordt als kraandek, voor optimaal bereik van de kranen met minimale verplaatsing van het schip.
Ook zijn de spudpalen van het schip relatief eenvoudig te vervangen. Bij de oplevering waren er spudpalen van 24 meter gemonteerd in verband met het eerste werk in Duitsland. Eerder werkte Heuvelman Ibis met spudpalen van meer dan 30 meter. Voor maximale flexibiliteit is er daarom gekozen voor extra sterke lieren.
Projectleider Johan Poppen van de werf: “De lier van de voorste spudpaal staat in het vooronder. Dankzij de 3 meter extra dekruimte is ook het vooronder extra ruim. Plaatsing van de lier in het vooronder geeft extra ruimte op het voordek, wat over de kop werken gemakkelijker maakt.”
Duitsland
Heuvelman Ibis verwacht de Ibis VII de komende jaren vooral in te gaan zetten in Noord-Duitsland, in de regio Hamburg-Bremen-Duitse eilanden. Om te beginnen wordt het schip ingezet op een deelproject bij het uitdiepen van de Elbe: het uitbaggeren van een nevengeul, waarbij 1,2 miljoen kuub slib vrijkomt. Dit project loopt tot eind 2020, maar Heuvelman acht het niet denkbeeldig dat meer deelprojecten volgen.
Vanwege het werken in Noord-Duitsland moest er rekening worden gehouden met de kruiplijn. Die is onder meer dankzij het overzakbare stuurhuis – gebouwd door Wessels uit Haren (Ems) – en de acht ballasttanks met ruimte voor 270 ton ballastwater beperkt tot 4,50 meter in volle ballast.
Green Award
De met een 600 pk sterke Volvo Penta D13 uitgeruste Ibis VII is een groen schip, getuige de Green Award Zilver die het schip kreeg. Deze certificering is onder meer verleend vanwege het Xeamos SCR-uitlaatgasnabehandelingssysteem op de hoofdmotor en generator, waarmee de emissies grondig worden beperkt.
Daarnaast staat er een accupakket aan boord waarmee voldoende elektriciteit voorhanden is voor huishoudelijk gebruik gedurende de nacht. “We hoeven dus geen generatoren te laten draaien en zijn ook niet afhankelijk van walstroom”, vertelt Martijn Heuvelman.
De duurzame uitvoering en certificering van dit schip passen in de visie van Heuvelman Ibis op maatschappelijk verantwoord ondernemen. En zeker ook niet onbelangrijk: ze versterken de concurrentiepositie, onder meer bij aanbestedingen.
Martin Poppen: “Ik heb natuurlijk geen glazen bol en het is onmogelijk om toekomstige innovaties te voorspellen. Maar gezien de uitvoering van dit schip durf ik de stelling aan dat het dermate duurzaam is dat Heuvelman Ibis er – zelfs in tijden van energietransitie – zonder grondige aanpassingen zeker tien jaar mee vooruit kan.”
