- Advertentie -
- Advertentie -
HomeRubriekZe mogen de schrootbak niet in!

Ze mogen de schrootbak niet in! [De hobby van…]

- Advertentie -

Delen

Jan van Seumeren, voormalig mede-eigenaar van Mammoet, ontfermde zich over de laatste twee geklonken stoompassagierschepen van Nederland. “Als ik ze niet had gekocht, waren ze in de schrootbak beland. Dat kan toch niet! Als we nu niets doen om deze schepen te redden, is er over vijftig jaar niets over van dit deel van de Nederlandse geschiedenis.”

 

Jan van Seumeren was mede-eigenaar van Mammoet. (foto’s E.J. Bruinekool Fotografie)

De twee schepen waar Van Seumeren over spreekt, zijn de R. van Hasselt, die de laatste jaren voer onder de naam Flandria, en het zusterschip C. Bosman. Ze zijn beide in 1915 gebouwd bij J. & K. Smit’s Scheepswerven te Kinderdijk. De schepen hebben tot september 1959 dienst gedaan op de veerdienst Enkhuizen-Stavoren.

DE HOBBY VAN…Jan van Seumeren

In deze serie belichten we bijzondere hobby’s van mensen uit de binnenvaart, scheepsbouw en maritieme dienstverlening. Hebt u ook een niet-alledaagse  liefhebberij of vrijetijdsbesteding en wilt u dat wereldkundig maken of anderen enthousiast te maken?
Geef u dan op via [email protected].

“Het waren, met de majestueuze schoorstenen, de prachtige scherpe Titanic-koppen en hun fraaie lijnen, de mooiste stoomschepen van heel Nederland. En met een lengte van 67 meter en een capaciteit van 1.800 passagiers waren het ook de grootste en modernste veerschepen van die tijd. Met hun diepgang van circa 2 meter waren ze speciaal gebouwd om over de ondiepe stukken van het IJsselmeer te kunnen jagen. Ze liepen dankzij hun ronde vormen en de 2 x 500 pk stoom zo’n 30 kilometer per uur en voeren volgens een nauwkeurig tijdschema. Dat was nodig ook want de veerdienst sloot aan op de dienstregeling van de spoorwegen.”

Gebrek aan belangstelling
Van Seumeren is verontwaardigd over het gebrek aan belangstelling van de overheid voor dit deel van de geschiedenis. “De overheid geeft ongelooflijk veel geld uit voor de restauratie, de renovatie en het behoud van monumentale panden. Voor grachtenpanden in Amsterdam bijvoorbeeld worden jaarlijks kapitalen beschikbaar gesteld. Maar dat dit maritieme erfgoed verloren gaat, dat is kennelijk van geen enkel belang. Ik snap dat niet. Ik vind het gewoonweg schandalig.”

Vlak voor Kerst 2005 zonk de C. Bosman, waardoor de plannen strandden om het schip na restauratie in te zetten voor de veerdienst Medemblik-Enkhuizen.

Vandaar dat Van Seumeren twee jaar geleden de R. van Hasselt heeft gekocht en vorig jaar ook de C. Bosman aan zijn verzameling toevoegde. Een verzameling die onder meer bestaat uit enkele oude scheepjes, waaronder de jachtbotter Fides. Ook de Jonge Jasper, een succesvolle wedstrijdskûtsje, is eigendom van Van Seumeren geweest.
“Ik wil mooie schepen behouden. Dat is mijn passie. Ik heb er hier in Lelystad de ruimte voor en ik maak er tijd voor.”

Helemaal vaarklaar
“Een aantal schepen houd ik zelf; voor andere schepen, zoals deze twee voormalige veerschepen, zoek ik nieuwe eigenaren.” Van Seumeren verkoopt de schepen niet zonder voorwaarden. “De koper moet een goed plan hebben om de schepen te behouden voor de toekomst. Is zo’n plan er niet of ben ik niet overtuigd van de kans van slagen, dan gaat de verkoop niet door.”
Volgens van Seumeren is er zonder meer een goede toekomst mogelijk voor de schepen. ‘De R. van Hasselt is wat betreft vlak, huiddikte en motoren helemaal vaarklaar. Het is echt prachtig, heel compleet. Dat is een kwestie van puin ruimen, schoonmaken, nieuw aankleden op de helling, plaatwerk herstellen en klaar. De schotten zitten op de juiste plekken, de deuren kunnen keurig dicht, de motoren zitten er in, er zitten schroefassen in van 22 meter, de schroeven van 1,80 meter zien er puik uit en zelfs de keuken is nog intact. Het schip is in 2004 zelfs nog technisch goedgekeurd. Het moet geen probleem zijn het weer in de vaart te brengen.”

Museumschip
Om het zusterschip C. Bosman weer vaarklaar te maken is meer nodig. “Veel meer zelfs. Ik ben momenteel in overleg met diverse partijen om van het restaureren een werkgelegenheidsproject te maken. Je slaat dan twee vliegen in één klap. Je redt een uniek schip en je zorgt ervoor dat mensen een vak leren waarmee zij straks weer een goede baan kunnen vinden.”

De C. Bosman heeft als ‘Nederlander’ nog heel lang dienst gedaan als opleidingsschip.

Of de C. Bosman nog in varende staat kan worden gebracht, betwijfelt Van Seumeren. “Dat is echt heel kostbaar. Maar het is wel de meest originele van de twee. Met prachtige eersteklas plafonds, originele trappen, echt zoals het schip in de jaren ‘50 heeft gevaren. Eigenlijk perfect om daar een museumschip van te maken.”

Gezonken
Er was al eerder sprake van een restauratie van de C. Bosman. “Het schip had een uitgebreide dokbeurt gehad bij Scheepswerf Brouwer in Zaandam. Die dokbeurt vormde deel uit van een groot restauratieproject. Na de restauratie zou het schip worden ingezet voor de ‘Historische Driehoek’ van Museumstoomtram Hoorn-Medemblik waarbij de C. Bosman de veerdienst tussen Medemblik en Enkhuizen zou verzorgen.”
“Zover is het niet gekomen. Toen het schip na de dokbeurt afgemeerd lag aan de pier van de werf, is het gezonken. In de jaren daarna hebben vrijwilligers nog veel gedaan maar kwam het niet meer tot concrete plannen. Nu is het tijd om de oorspronkelijke plannen uit te voeren. Deze schepen mogen niet verloren gaan.”

(Evert Bruinekool)

Delen

- Advertentie -

Meer

2 reacties

Laat een reactie achter

Vul uw opmerking in!
Vul je naam in

- Advertentie -
- Advertentie -

- Advertentie -
- Advertentie -