De Tweede Kamer wil dat de Nederlandse regering op korte termijn onderzoek laat uitvoeren naar de risico’s van verschillende soorten biobrandstoffen voor scheepsmotoren in de binnenvaart. Een motie daarover werd 25 mei aangenomen.
In de binnenvaart wordt met vrees gekeken naar het moment dat bunkerbedrijven gasolie moeten leveren met daaraan toegevoegd biobrandstoffen, waaronder FAME (Fatty Acid Methyl Esters). De Europese RED-richtlijn die dat verplicht, wordt in Nederland op 1 januari 2022 van kracht.
Risico’s
“De Nederlandse binnenvaart wordt hierdoor verplicht met brandstof te varen die niet alleen vervuilender is dan de huidige brandstof, maar bovendien zal zorgen voor (levens)gevaarlijke situaties”, waarschuwden schippersvereniging ASV en verzekeraar EOC in april in een brandbrief. Slechte of niet constante kwaliteit van de brandstof kan verstopte filters en kapotte motoren veroorzaken. Daardoor zouden schepen tijdens de vaart zomaar stil kunnen vallen.
De motie over het onderzoek naar de risico’s werd ingediend door Mahir Alkaya van de SP en Roelof Bisschop van de SGP. Ook hun motie om de bijmengverplichting niet te handhaven zolang de veiligheid, geschiktheid en duurzaamheid niet gegarandeerd zijn, werd aangenomen. Ze wezen er daarbij ook op dat dat de handhaving en naleving op de aanvoerketen van biobrandstoffen complex en fraudegevoelig is.
“Beter toezicht op biobrandstof nodig”
Ook op 25 mei werd bekend dat vijf Europese lidstaten samen willen zorgen voor beter toezicht op de inzet van biobrandstof. Nu die markt groeit, is dat noodzakelijk om de duurzaamheid van biobrandstof te waarborgen. België, Frankrijk, Duitsland, Luxemburg en Nederland dat initiatiefnemer is) constateren samen dat daarvoor Europese samenwerking nodig is. De landen roepen Eurocommissarissen Frans Timmermans en Kadri Simson daarom op snel werk te maken van beter toezicht en handhaving op Europees niveau.
Fraude
De Europese Commissie wil dat al het vervoer in 2050 emissieloos gebeurt. Biobrandstoffen worden op weg daarnaartoe voorlopig nodig geacht om de klimaatafspraken na te komen en de omslag naar te kunnen maken. Maar dan moet het wel zo duurzaam mogelijk gebeuren.
Daar is naast privaat toezicht ook goed publiek toezicht voor nodig, vindt de coalitie van België, Frankrijk, Duitsland, Luxemburg en Nederland. In de vijf landen wordt het merendeel van de Europese biobrandstof geproduceerd.
De productieketen van biobrandstof is internationaal, dus moet het toezicht daarop afgestemd zijn, stellen ze. Eerder werd grensoverschrijdende fraude opgespoord vanuit Nederland, België en het Verenigd Koninkrijk.
Wetgeving
“De markt groeit, dus moet het toezicht meegroeien”, zegt staatssecretaris Stientje van Veldhoven van Infrastructuur en Waterstaat. “Zo garanderen we de duurzaamheid van de biobrandstoffen die we inzetten. En dat is belangrijk. Niet alleen voor het klimaat, maar ook voor de investeringszekerheid van bedrijven in de sector. We slaan nu de handen ineen, want we kunnen dit niet zonder Europese samenwerking.”
De vijf landen roepen Timmermans en Simson op om Europese wetgeving aan te passen, zodat de lidstaten een steviger basis hebben om privaat én publiek toezicht op de biobrandstofketen te verbeteren en dat overal hetzelfde gebeurt. Ook roepen zij op tot meer ambitie bij de ontwikkeling van een Europese database die voor zoveel mogelijk transparantie in de keten moet zorgen. Daarmee is de betrouwbaarheid van duurzaamheidsclaims eenvoudig te controleren.