Na heel veel lobbywerk en een luisterend oor vanuit de politiek is er een jaartje uitstel van de bijmengverplichting bereikt. Dat komt niet omdat de minister er door haar ministerie op gewezen is dat deze bijmengverplichting niet kan vanwege de gevolgen voor de sector. Nee, we zijn ‘gered’ (voor een jaar) door de ons omringende landen. Het argument is niet compassie met de binnenvaart. Het argument is niet: waarborg voor een veilige binnenvaart, het argument is de kans op bunkertoerisme door ongelijk speelveld voor de brandstofleveranciers (die de Nederlandse staat aansprakelijk stellen voor gederfde inkomsten). Oftewel: niet de veiligheid is de doorslaggevende factor maar harde euro’s.
Maar wat maakt het uit wat de reden is, zult u wellicht denken. U denkt misschien dat u nu veilig bent, nu de verplichte bijmenging van de baan is.
Maar dan moet u het volgende weten: de binnenvaart maakt al sinds 2013 onderdeel uit van de systematiek hernieuwbare energie. Dat wil zeggen dat brandstofleveranciers aan binnenvaart geen jaarverplichtingen vanwege de Richtlijn hernieuwbare energie (RED) hadden maar dat de sector wel ‘vrijwillig’ hernieuwbare energie, zoals biobrandstoffen, in kon zetten en daarvoor een credit (HBE) ontving.
Wist u daarvan? Hebben ze dat nu helemaal vergeten te melden aan de schippers die ermee moesten varen? Hadden wij dat moeten weten?
De ASV heeft al eerder gemeld dat het erop leek dat de binnenvaart de problemen van het wegtransport heeft moeten oplossen daarmee. Want die HBE konden de brandstofleveranciers aan de binnenvaart vervolgens verkopen aan de brandstofleveranciers van wegvervoer die wel een jaarverplichting hadden. Door deze constructie werd er ook al biobrandstof in de binnenvaartsector ingezet: 0,4 PJ in 2020. Wettelijk is de toepassing van biobrandstof in de binnenvaart ook toegestaan binnen de kaders van het Besluit brandstoffen luchtverontreiniging.
Het is dus helemaal niet zo vreemd dat vanaf december 2020 een aantal incidenten is gemeld bij het Meldpunt Binnenvaart, waarbij schepen te maken kregen met teruglopend toerental, haperingen of stilvallen van de motor vanwege verstopte brandstoffilters. Dit werd toegeschreven aan de toepassing van biobrandstof. Maar NEN heeft deze meldingen onderzocht en geconcludeerd dat het lastig was om conclusies te trekken over wat nu precies de oorzaak was van genoemde problemen.
Niet zo vreemd natuurlijk als schippers nergens van weten en niet op de hoogte zijn van de samenstelling van het product dat ze gebunkerd hebben. Hier gebruikt NEN haar eigen ontbrekende gegevens, doordat men geen field research uitvoert, als wapen tegen de schippers. Bewijs jij maar eens dat het door de biobrandstof komt.
NEN stelt dat alle meldingen unieke gevallen waren, waarbij bovendien soms vragen werden opengelaten of te weinig details opleverden. Dat is niet zo vreemd: het zijn vragen die geen schipper kan beantwoorden. Maar daarmee is het niet de schuld van de schippers, die vragen ZIJN gewoon niet allemaal te beantwoorden. Daar heb je nu juist field research voor nodig.
En dan komt NEN de schippers iets vertellen wat wij allemaal weten: dat toepassing van FAME de effectieve gebruiksduur van een brandstoffilter danig kan verlagen. Filterleveranciers benadrukken dit ook in hun handleidingen.
Daar schieten we natuurlijk niets mee op. Want zo’n filter kan gewoon van het een op andere moment dichtslaan en NEN met al die leden zoals SHELL zou dat natuurlijk best wel weten.
Volgens het Ministerie horen schippers altijd op de hoogte gesteld te worden door de bunkerstations als zij biobrandstof bunkeren. Dat is een Europees besluit. Dat kan een besluit zijn maar dat wordt dan kennelijk niet nageleefd.
En nu begrijpen we dat bunkerstations aankomend jaar weer diverse soorten FAME uit gaan proberen, bij u dus. De scheepseigenaren als proefkonijn. En wie draait voor de kosten en de ellende op als het misgaat? De vraag is: waar gaat u bunkeren om veilig te kunnen varen?