Machinefabriek De Waal uit Werkendam is bezig met het ontwikkelen van een hightech XYZ-lastrobot voor de productie van scheepsroeren. Valk Welding gaat de arc-eye lasercamera doorontwikkelen. Het zijn enkele resultaten van het EFRO-project TIMA die op 10 februari werden gepresenteerd tijdens ‘Samen Slim’ in de Duurzaamheidsfabriek in Dordrecht.
Het doel is dat de Nederlandse maritieme maakindustrie schepen en scheepsonderdelen sneller, beter en duurzamer kan produceren om zo de internationale concurrentiepositie te verbeteren. Het innovatieve traject is een samenwerking met drie mkb-bedrijven uit de Drechtsteden, Scheepswerf Slob, Machinefabriek De Waal, Valk Welding, en het ROC Da Vinci College. Penvoerder was fieldlab Smart Industry de Duurzaamheidsfabriek.
Resultaten
De Nederlandse maritieme maakindustrie moet schepen en scheepsonderdelen sneller, beter en duurzamer produceren om zo de internationale concurrentiepositie te verbeteren. In dat kader hebben vijf partners binnen het EFRO-project Toegepaste Innovaties Maritieme Automatisering (TIMA) ruim drie jaar gewerkt aan de digitalisering en inzet van robotica bij de productie van duurzame en nauwkeurige maatwerkprojecten.
Op 10 februari werden de resultaten gepresenteerd. Scheepswerf Slob heeft tijdens het programma ontwikkelingen gedaan met een lasrobot en een plasmasnijrobot. Slob ziet kansen om dankzij robotisering het gehele productieproces naar een hoger niveau te tillen. Valk Welding gaat dankzij het project verder met de ontwikkeling van de arc-eye lasercamera, waarmee men de snelheid van het lassen of de draadsnelheid kan variëren door wat gezien wordt tijdens het lassen met de lasercamera.
Roeren
Machinefabriek De Waal kan sneller en efficiënter werken. Bijvoorbeeld bij het lassen van kleine onderdelen, zoals lieverjukken. Met behulp van de eerste robotopstelling werd de aanwezigheid van een persoon al met 85 procent gereduceerd.
Engineer Mark van Keulen vertelde tijdens het event meer over de in december geïnstalleerde, rijdende lasrobot met XYZ-opstelling. “De robotopstelling beschikt over drie werkstations. De eerste is een werkplek voor grote objecten zoals zeevaartroeren, in het tweede station staat een computergestuurde manipulator om binnenvaartroeren volautomatisch te lassen en in de derde zone kunnen flenzen, lieverjukken en kleine onderdelen supersnel worden gelast. Dit via een robotgestuurd omkeermechanisme.”
De grootste uitdaging vond plaats op softwareniveau. Marco de Waal: “We hebben een programma ontwikkeld dat met input van een CAD-tekening automatisch een lasprogramma weet te maken. Dat was er nog helemaal niet. Hierdoor is de robot uitermate geschikt voor stukswerk in de scheepsbouwsector. Programmeren is dan praktisch overbodig. Een grote innovatie, durf ik wel te stellen.”