Contargo houdt er rekening mee dat er net als in 2018 een droge zomer met wekenlang laagwater in de Rijn zit aan te komen. De containeroperator heeft sinds afgelopen herfst vier binnenschepen laten ombouwen. Ze hebben nu 10 tot 15 centimeter meer diepgang bij lage waterstanden.
“We zetten voor bijna 75 procent van onze containertransporten binnenschepen in”, vertelt Cok Vinke, directeur van Contargo Waterway Logistics. “Perioden van laag water beperken onze vervoerscapaciteit en leiden tot meerkosten, omdat we extra schepen of andere vervoerscapaciteit moeten inzetten.”
Met een jaarlijks transportvolume van 2 miljoen TEU behoort Contargo tot de grote spelers. De Duitse onderneming heeft in Duitsland, Frankrijk en Zwitserland 24 containerterminals en zeven vestigingen in Duitsland, Nederland en België. De jaaromzet was in 2018 534 miljoen euro.
Staalplaat
Daarom heeft Contargo sinds 2018 een aantal binnenschepen van particulieren laten ombouwen. Dat was een relatief eenvoudig eingreep.Op twee werven in Antwerpen en Dordrecht zijn de schepen uitgerust met een staalplaat, waardoor ze nog maar 130 in plaats van 150 centimeter diep moeten steken om toch voldoende water onder de kiel te hebben.
Door deze investering van circa 10.000 euro per schip kunnen de schepen bij dezelfde waterstand met 10 tot 15 centimeter meer diepgang varen en bij laagwater 200 tot 300 ton meer meenemen. Ze hoeven bij lage waterstanden geen water in de achterste ballasttanks te hebben en kunnen de ondiepte bij Kaub passeren.
Aflaaddiepte op Middenrijn verbeteren
“De waterstanden van de Rijn kennen seizoensgebonden schommelingen. Vanuit verkeerspolitiek- en milieuoogpunt is het wenselijk om de binnenvaart te versterken. Het is dan ook belangrijk dat de politiek zo snel mogelijk maatregelen neemt om bestaande bottlenecks weg te werken. Wij hopen dan ook dat het verbeteren van de aflaaddiepte op de Midden-Rijn, een prioritair project in het Bundesverkehrswegeplan, snel wordt omgezet”, zegt Vinke.