Het was lang stil rond de werkgroep die de Belgische staatssecretaris Melchior Wathelet in april instelde na de stakingsacties in de binnenvaart. Dat was een goed teken. Volgens federaal parlementslid Willem-Frederik Schiltz van Open VLD maken ze leden progressie met het uitvoeren van het protocolakkoord tussen de Belgische federale overheid en de gewesten enerzijds en de binnenvaartorganisaties anderzijds. Het eerste harde resultaat kwam vrijdag 19 juli naar buiten: de ministerraad keurde het koninklijk besluit voor de antidumping-regels goed.
“Maar er is nog werk aan de winkel om de concurrentiepositie van de binnenvaart te herstellen en deze sector te ondersteunen”, vindt Schiltz. “Door de structurele overcapaciteit aan binnenschepen, de hoge loonkosten, ongelijke arbeidsvoorwaarden en concurrentie met het spoor kelderden de vrachttarieven en dito winsten van de binnenvaarders.”
Federaal staatssecretaris voor Mobiliteit Wathelet sleepte 19 juli zijn wetsvoorstel tegen prijsdumping door de ministerraad. Niet-grensoverschrijdend verkeer op Belgische binnenwateren zal voortaan aan minimumprijzen onderhevig zijn om dumping te vermijden.
Sloopfonds
Wathelet liet ook weten dat hij overleg pleegt met de minister van Werk en staatssecretaris van Fraudebestrijding over het sociaal statuut. “Dat is een goede zaak omdat bijvoorbeeld de rigide arbeidsduur de binnenvaarders parten speelt en hen opzadelt met een aanzienlijke handicap ten opzichte van de buurlanden”, vindt Schiltz.
Daarnaast werd in het protocolakkoord afgesproken om 1,18 miljoen euro van het Belgische sloopfonds vrij te maken voor de binnenvaartsector. Het federale en het Vlaamse parlement hebben al ingestemd, maar het Waalse en het Brusselse Gewest zijn nog niet zo ver.
Schiltz tegen Wathelet: “Ik hoop dat u als federaal staatssecretaris een vriendelijk doch aandringend verzoek zal richten aan de twee deelstaatparlementen om voortgang te maken. De nood in Vlaanderen is misschien wat hoger, maar onze Waalse collega’s moeten zich ervan bewust zijn dat de binnenvaart ook voor hun gewest een aanzienlijke economische factor is.”
