Met de ingebruikname van mts Calimero heeft de Duitse kanalenvloot er een nieuwe kapitein-eigenaar bij: Christian Meyer. Voor de 30-jarige inwoner van Bremen is de gloednieuwe 85 meter lange tanker, gebouwd bij GS Yard in Waterhuizen, zijn eerste eigen schip. Meyer vertrok op 3 september van de werf voor de maidentrip, naar een op het moment van schrijven nog onbekende bestemming. Volgend jaar stapt ook zijn vriendin Wiebke Gabriel aan boord.
Christian Meyer groeide op in een schippersfamilie, maar volgde eerst een beroepsopleiding in het bankwezen. ’Hoewel ik van kinds af graag mee voer met mijn ouders, vonden zij – en ik ook – het verstandig dat ik na de middelbare school eerst een paar jaar iets heel anders ging doen. Om een totaal ander leven te ervaren. Dus zat ik twee jaar op kantoor, achter de computer. En toen wist ik het helemaal zeker: dit is echt niks voor mij.’
Christians grootvader Elimar Meyer voer al in de jaren ‘50 met een kiezelschip op de Weser. En vader Jürgen is schipper op de Wotan van Ludwig Harms uit Elsfleth sinds hij in 2010 zijn eigen schip, de Christian, verkocht. Hij voer 25 jaar voor de firma Müßig in Bremen.
Juichend
In 2005 trok Christian bijna letterlijk juichend voor de laatste keer de deur van de bank achter zich dicht om bij zijn vader aan boord van het naar hemzelf vernoemde schip te stappen. Op de Wotan haalde hij in 2012 zijn Rijnpatent. Daarna ging hij aan de slag als
afloskapitein. Op de Wotan en ook op de Liberty, Freyja en Buran. Al deze schepen zijn 85-metertankers, gebouwd bij GS Yard in Waterhuizen.
Het was dan ook niet geheel toevallig dat Meyer voor de nieuwbouw van zijn eigen schip op de Groninger werf belandde. ‘Het afloswerk, van het ene naar het andere schip hoppen met een reistas onder je arm, dat houd je een paar jaar vol. Maar de droom om op mijn eigen schip te gaan varen, werd steeds sterker. Ik kende de heren Gausch en Hochbein al behoorlijk goed van de schepen waarop ik voer en ging met hen het gesprek aan. Ik vroeg of er mogelijkheden waren. Dit bleken er hier te bestaan. Zelf voelde ik mij ook prettig bij het idee om hier te gaan bouwen. Vooral het feit dat projecten hier turn-key – van het eerste stukje plaatwerk tot en met de detailafwerking – volledig door de werf worden verzorgd, sprak mij aan.‘
85 meter
Meyer vertelt dat de keuze viel op een 85-meterschip omdat hij zich lekker voelt op de Noord-Duitse kanalen, waar hij gaat varen samen met stuurman Jakub Dulimov. Dat wordt, samen met de ARA, dan ook het belangrijkste vaargebied. Hij gaat met name met minerale olie varen, op contract bij bevrachter Vinoltra Hamburg.
De Calimero is gebaseerd op het standaardmodel 85-metertanker van GS Yard, met een laadvermogen van 1.555 ton op 3,05 meter diepgang. Een Sunrise werd het niet, omdat Meyer een personeelswoning voorop wenste.
In de machinekamer bromt een “slechts” 1.000 pk sterke Caterpillar C32. ‘Een lichte motor met een gunstig verbruik. Dat maakt de Calimero tot een economisch en ecologisch schip’, zegt Meyer.
Tijdens de proefvaart bleek dat de Cat een aangenaam rustige motor is. De John Deere generator van 60kW achterop staat in een geïsoleerde kast. Voorop staan John Deeres van 96 en 300 kW.
Extra’s
Het schip kent naast de isolatiekasten voor de generatoren nog meer extra’s. Zo staan er aan dek vaste brandblussers. ‘Slangen zijn onhandig, liggen vaak in de weg, worden versleept en gaan daardoor stuk. Als je ze nodig hebt, ben je in nood. Veiligheid is van groot belang; ik wil dat een brandblusser altijd goed functioneert.’
In plaats van een tweede radar koos Meyer voor een Flick Night Visioncamera: ‘Die camera is super, is de ervaring van verschillende collega’s.’ Ladingverwarming zit er niet in de tanks, omdat hij verwacht die vrijwel nooit nodig te hebben: ‘Dat is een forse extra investering en gaat ook nog eens ten koste van het laadvermogen.’
Op de boeg prijkt de naam Calimero. Maar dat is gelukkig niet vanuit een misplaatst minderwaardigheidscomplex. Meyer keek als kind graag naar de belevenissen van dit tekenfilmkuikentje. Hij vindt het een mooie naam, met een mooie lengte: ‘En bij Calimero kwam altijd alles op zijn pootjes terecht.’
tekst: Jan Johan ten Have