De Virage is een nieuwe bunkertanker van Scheepvaartbedrijf Virage BV, onder de paraplu van Swintrans uit Zwijndrecht. VeKa leverde het 110 x 11,45 meter grote casco vanuit China en besteedde de installatie uit aan Trico. VeKa Piping leverde en installeerde het leidingsysteem op de Trico-locatie en het nieuwe Trico Piping realiseerde het overige leidingwerk. De Virage is in charter bij FTS Hofftrans en verhuurd aan OW Belgium.
Leopolddok 226: even in de wachtkamer van OW Belgium, steekt de Virage hoog boven ‘de blauwe steen’ uit. Het is klimmen om aan boord te komen. Door twee vriendelijke, perfect Engels sprekende Filippijnen worden we in het gangboord verwelkomd en geïnformeerd dat de kapitein zich in het ‘wheelhouse’ bevindt.
De Virage pompt als het moet 960 kuub per uur vanuit tien centertanks.
Geen bocht
Wanneer Maurice Robbemond is uitgebeld, meldt hij dat er om twaalf uur 3150 ton stookolie bij de BRC geladen moet worden. We hebben even tijd dus en beginnen met de opmerking dat er ergens in Frankrijk een hotel-restaurant Le Virage in een bocht ligt, wat het ook letterlijk betekent. “Deze Virage zet geen bocht! Onze koffie is beter en we hebben een 360-graden-panorama”, zegt Maurice Robbemond. Hij krijgt gelijk als we vanuit de door Willemsen met mooie kwaliteit betimmerde Kampers-stuurhut naar de scheepstrafiek in het Leopolddok kijken. Comfortabeler en schonere hotelkamers vind je nauwelijks.
Is bunkeren alleen maar laden en lossen, vragen we uitdagend.
“Terwijl je naar de boot drijft en de jongens voorop gereed zijn om vast te maken, kijk je naar de vlag, soms is dat nog raden, je schat het bouwjaar in, is het een mooi of lelijk bootje, is de crew aan boord geschikt aan de hand van vorige ervaringen. Dat zijn zomaar een paar dingen die je interesseren.”
Maurice vervolgt: “Bunkeren is altijd anders. De onregelmatigheid ervan maakt het interessant, Soms is het op zo’n boot een Hilton-luxe, maar het kan er ook een zootje zijn. Even naar Vlissingen met bladstil weer, zon op het water, dan is het een mooi bestaan. Bij storm en kou of mist kies je liever een andere bestemming. Ofschoon: als het moet, hoort het gewoon bij bunkeren.”
Procedures en structuur
De druk bepaalt de flow en het product het vacuüm. In combinatie met een perfect leidingsysteem pompt de Virage met twee door EPS geleverde Bornemanns als het moet 960 kuub per uur vanuit tien centertanks. Heatmaster houdt de lading op temperatuur.
Een zogenaamde ‘lowbudget-tanker’ niettemin aangekleed met kwaliteit. De door Koedood geleverde en bij Trico geplaatste Mitsubishi, alsook de overige machinekamer-equipement, onderstreept dit in materiaal en vakwerk. Goed in de verf en voorzien van tankcoating kwam het casco deze kant op. Inmiddels heeft de bemanning er met lakverf een keurig en vooral ‘schoon’ schip van gemaakt.
Het veiligheidssysteem aan boord. (foto’s Johan de Witte)
Op de valreep zien we Danny Werkman – belanghebbende in de Virage en een volgende bij Trico in afbouw – binnenkomen om wat paperassen te regelen met de kapitein, die na een walfunctie bij Swintrans aan boord weer in zijn element is.
Maurice stond op zijn zestiende al aan dek, begreep dat leren vooruitgang was en kreeg het varen onder de knie. Niettegenstaande was hij bij Schutter als kwaliteitsmanager in dienst en implementeerde er GMP-certificering. Swintrans vroeg hem om deze vorig jaar nog snel expanderende firma, te structureren en het ISO9001-certificaat te realiseren. Hij kreeg dit in anderhalf jaar voor elkaar. Ook op de Virage heersen zichtbaar procedures en structuur.
Een wagen van de BRC stopt voor het schip; er wordt een opdracht aangereikt met ladingspecificatie HFO 38 STK, bestemd voor een bunkering in het Delwaidedok. We maken dat we wegkomen.
(Johan de Witte)