Rijkswaterstaat, sinds 2014 eigenaar en beheerder van de Hoofdvaarweg Lemmer-Delfzijl, heeft de kilometerborden langs de gehele route vervangen en opnieuw genummerd.
De totale hoofdvaarweg bestaat uit drie kanalen: het Prinses Margrietkanaal, het Van Starkenborghkanaal en het Eemskanaal. Waar de vaarweg eerder gezien werd als drie delen, is deze nu samengevoegd tot één vaarweg: de HLD. Omdat het om één vaarweg gaat, besloot Rijkswaterstaat de kilometerborden te vervangen en opnieuw te nummeren. Digitaal was dat een jaar geleden al doorgevoerd in het bronsysteem voor elektronische kaarten.
Nummering begint nu bij Delfzijl
“Voor de juiste werking van routeplanners, meld- en volgsystemen, willen we de kilometrering niet onnodig gecompliceerd maken”, licht een nautisch adviseur van Rijkswaterstaat toe. “Daarom is er gekozen om de kilometers op de HLD aan te passen tot één vaarweg, te beginnen bij Delfzijl. De kilometrering loopt van hoog naar laag. Omdat het Eemskanaal hoger ligt dan de andere twee kanalen begint de nummering in Delfzijl.”
In het verleden is de kilometrering ook al eens aangepast. Toen kregen het Prinses Margrietkanaal en het Van Starkenborghkanaal een doorlopende nummering. Hierdoor passeerde een schipper tot voor kort kilometerbord 0 in Groningen. Door de aanpassing ligt deze nu noordoostelijker, namelijk in Delfzijl. Aan het eindpunt van de HLD, net buiten Lemmer bij het IJsselmeer, eindigt de telling met 119,5 kilometer.
Hoofdvaarweg
De Hoofdvaarweg Lemmer-Delfzijl is één van de belangrijkste vaarwegen van Nederland en vormt het grootste deel van de nationale doorgaande vaarweg tussen Rotterdam en Noord-Duitsland. De hoofdvaarweg is daarmee ook een belangrijke schakel in de Noord-Nederlandse economie.
Sinds Rijkswaterstaat in 2014 het beheer overnam van de provincies, werkt de dienst aan de verbetering van de hoofdvaarweg voor “een vlotte, veilige en duurzame doorvaart”. De vaarweg wordt dieper en breder gemaakt en een aantal bruggen wordt vervangen. “Zo is toename van de scheepvaart mogelijk en is de weg vrij voor meer transport over water. Dit is goed voor de noordelijke economie, de filedruk en de reductie van de uitstoot van CO2”, aldus Rijkswaterstaat.