Als hij de Manus opnieuw zou moeten bouwen kan Peter Gradussen niet bedenken wat hij anders of beter zou doen. We staan bij de Gelria in Nijmegen op het dek van zijn nieuwe tanker Manus. Zijn eerste Manus werd in 2004 door dezelfde werf tot tevredenheid afgeleverd. Voor Peter was het daardoor een vanzelfsprekendheid dat ook de order voor zijn huidige nieuwbouw bij Cor de Ruijter werd geplaatst.
De ABC motor spreekt voor zich, past goed bij het schip.
De ouders van Gradussen woonden in Druten aan de wal en hadden geen enkel lijntje naar de binnenvaart. Hoewel het niet mocht van zijn ouders kon je hem in zijn jeugd altijd vinden tussen de kribben rond Druten. Het is niet zo verwonderlijk dat hij van daaruit al op jeugdige leeftijd de magneet van de binnenvaart voelde trekken. Ondertussen weet Gradussen (44) waarover hij spreekt als het gaat over de tankvaart gaat.
Tankpartner
Peter Gradussen en Marjan Gradussen-Reijnen kochten hun eerste schip in 1990. De naam Manus plaatste hij voor het eerst in 1996 op een tanker waarop tot dat moment Martine was te lezen. Een drukke tijd waarin naar het andere schip werd verhuisd en waar korte tijd later hun eerste zoon werd geboren. Zakelijk werd tegelijkertijd ook een overstap gemaakt voor wat betreft de bevrachting. Vanaf dat moment vaart de Manus nog steeds voor TPA Tankpartner uit Kaltenkirchen: een transparante coöperatie in de vorm van een particuliere maatschap waarbij de gezamenlijke leden 75 procent van de aandelen bezitten. De vloot telt 29 schepen waaronder tien type C tankers en is goed voor bijna 60.000 ton. Peter en Marjan er hebben samen hard voor gewerkt en profiteerden daardoor van een aantal crescendo jaren en dat vertaalde zich naar hun eerste nieuwbouw.
Sinds hun eerste Manus heeft Peter een voorkeur voor een Pools casco. Toen in 2004 zijn nieuwe schip werd gebouwd was er in overleg met Gelria bepaald dat het casco gebouwd zou worden bij Centromost Stocznia Rzeczna in Plock, Polen. Het werd een prima schip waarop met heel veel plezier de reizen werden gedaan. En als in 2007 A.J.Wingelaar uit Sirjansland niet aan boord was gekomen, had Gradussens vorige Manus misschien nog steeds gevaren.
Er bestond serieuze interesse voor overname van dat schip. Die boodschap was de prelude voor nieuwe gesprekken met Gelria. De volgende stap was het boven water halen van de vorige bouwtekeningen. Alle ervaring en kennis die met het vorige schip was opgedaan, werd daarmee samengesmeed tot de ultieme Manus.
Goede balans
Als vertrekpunt stond een goede balans tussen prestatie, exploitatie en levensduur.
Om te beginnen werd in de nieuwe bouwtekening geen plaats ingeruimd voor acht of tien tanks, maar hield dat op bij negen. Peter is resoluut in zijn stelling die bij die verklaring hoort. Als voorbeeld noemt hij een gemiddeld reisje met zo’n 2100 ton nafta. Met acht tanks lukt dat niet en zou je tien tanks hebben dan ga je teveel verliezen op de waterstand doordat je die laatste lege tank moet ballasten. Trouwens, over zijn nieuwe kruiplijn heeft hij niets te klagen: 4.40 meter.
Het schip is 110 bij 11.04 meter. Dat laatste is geen schrijffout en biedt louter voordelen op zijrivieren en kanalen. De tonnenmaat bedraagt 2706.
Het schip is door Peter en Marjan bij Gelria besteld op basis van een open begroting. Peter vindt dat je op die manier meer wordt betrokken in en bij alle fases van het project. Daardoor heb je een beter zicht op alles en kom je aan de kostenkant niet snel voor verrassingen. Geheel volgens wens van de opdrachtgever is in de overeenkomst aangetekend dat het casco in Polen zal worden gebouwd. Zowel Gradussen als de Germanischer Lloyd gaven hun goedkeuring aan het resultaat van de bouw van dit C schip. Het kwam op eigen kiel gezond en zonder averij aan bij de afbouwwerf in Nijmegen. De schipper is zeer tevreden over het resultaat en zou voor een volgende opdracht opnieuw naar Gelria gaan. Om dat te illustreren vertelt hij dat hij een complete ronde deed over zijn binnen- en buitenschip en met de beste wil van de wereld niet meer dan drie potjes twee-componenten plamuur uitsmeren.
Toelichting
We lopen met Gradussen mee over het schip waarbij hij ons hier en daar een toelichting geeft.
Engelaer Scheepsinterieurs heeft de wens van Marjan en Peter goed weten te vertalen in een mooi betimmerde woning en een werkzame lessenaar.
Over de stoere ABC motor die in de machinekamer staat hoeft hij dat niet te doen. Die spreekt voor zich. Ook zo’n motor past in het hoofdstuk levensduur binnen de balans van het schip. Hij levert 1650 pk bij 930 toeren. De motor is rechtstreeks op de fundatie gemonteerd. Op het voorschip kreeg een boegschroef van Verhaar Omega zijn vaste plaats, evenals een Cummins QSK19 van 750 pk.Verder zijn er nog drie generatoren aan boord van resp. 30, 80 en 140 kVa.
De negen tanks zullen hoofdzakelijk chemie gaan vervoeren en zeker ook minerale olie. Ze hebben elk een inhoud van 376 kuub en kunnen met een externe aansluiting worden verwarmd.
Marflex deepwell pompen garanderen een capaciteit van 1.000 kuub per uur. Aan dek zien we nog de Redscrew pompen van Kampers Pompservice. Het stuurhuis is gebouwd door Van Gemert. Engelaer Scheepsinterieurs heeft de wens van Marjan en Peter goed weten te vertalen in een mooi betimmerde woning en een werkzame lessenaar. Daarmee bedoelt Peter dat je met een handomdraai alles moet kunt bedienen. Een lessenaar die zo pompeus is dat je acrobatische toeren moet verrichten om ergens met je armen bij te kunnen is niet zijn keus.
(Hans Heiligers)
