Zaterdag 1 september trof de Waterpolitie in de Sardijngeul bij Vlissingen acht kano’s aan. De kanoërs waren onderweg van het strand bij de Vlissingse Boulevard naar Terneuzen. Dat ze helemaal niet in de vaargeul mochten komen, daarvan hadden ze geen flauw benul.
Voor de veiligheid van de scheepvaart is het voor schepen onder de 12 meter verplicht een motor aan boord te hebben, zodat er een snelheid van tenminste 6 kilomter per uur gehaald kan worden. De voortstuwing bij deze kano’s was echter volledig afhankelijk van spierkracht. De Waterpolitie begeleidde de kanoërs met hulp van een reddingsboot van de Reddingsbrigade terug naar het strand van Vlissingen.