Aan sommige dingen kan de binnenvaart niets veranderen, zoals de waterstanden. Maar de bedrijfstak kan zijn concurrentiepositie wel versterken door het heft in eigen hand te nemen. Daartoe roept Jarell Habets, oprichter van Shypple, de binnenvaart op. Samenwerken en data delen zouden extra lading kunnen opleveren.
Habets maakt zich zorgen over de binnenvaart. De sector zou volgens hem meer aandacht moeten besteden aan samenwerking: met start-ups, in de keten en met de overheid. Shypple is in 2016 opgericht. Het snelgroeiende bedrijf geldt als de ‘Booking.com van de zeevrachtmarkt’. Als digitale expediteur beidt het echter compleet vervoer van deur tot deur aan. Shypple is opgericht om de zeevrachtmarkt transparant te maken en zodoende de logistieke prestaties te verbeteren. Alle communicatie en boekingen gebeuren via een website, waardoor de keten voor verladers inzichtelijk is.
Marktinnovaties en samenwerking
Onderneemt de binnenvaart nu geen actie, dan gaat het de strijd met het wegtransport misschien nooit meer winnen op het gebied van duurzaamheid, flexibiliteit en prijs, stelt Habets. Hij gooit de knuppel in het hoenderhok: volgens de jonge ondernemer heeft de binnenvaartsector het onder meer lastig doordat er weinig potentieel is voor marktinnovaties en slimme samenwerkingen uitblijven of te langzaam van de grond komen.
“Dat geldt niet voor wegtransport, dat geen last heeft van het gebrek aan internationale schaal. Daardoor groeit die sector ook sneller. Ik roep de binnenvaart op om zich meer bezig te houden met het formuleren van een toekomstvisie dan zich zorgen maken om de gebrekkige regenval.”
Wat moet er concreet gebeuren? “Samenwerken met start-ups voor snellere innovatie. De overheid kan de lange investeringshorizon helpen overbruggen en de keten moet samen met de overheid flexibeler en goedkoper transport organiseren.”
Empty depot
Habets stelt dat het kostenverschil tussen binnenvaart en wegtransport vaak minimaal is bij korte afstanden, maar dat de binnenvaart structureel goedkoper, groener en flexibeler kan worden. “Binnenlandse terminals bieden vaak single- of round-trip-tarieven aan vanaf Rotterdam. Als een terminal depothouder is voor een zeerederij, dan kan de terminal een tarief voor enkel transport naar de terminal aanbieden. Dat is vaak goedkoper dan wegtransport en biedt meer flexibiliteit wat betreft de vrije dagen van de containerhuur, de zogenoemde detention.”
Hij raadt inland terminals aan voor meer rederijen empty depot-houder te worden. “Dan kunnen containers hergebruikt worden en hoeven ze minder vaak leeg op en neer. De overheid en de Rotterdamse haven zouden een beleid moeten voeren om deze opties te verbreden en het gebruik van binnenvaart te stimuleren. Zo wordt de binnenvaart flexibeler en competitiever ten opzichte van wegtransport.”
Koudwatervrees
Marktaandeel valt naar zijn overtuiging ook te winnen door meer en betere historische data beschikbaar te stellen over vaarschema’s van de barge operators. Als Shypple gegevens krijgt van de vaartijden van schepen door de jaren heen, kan het op basis daarvan betrouwbare planningen maken. Dan kan de expediteur verladers concreet laten zien hoe lang hun container er naar een bepaalde bestemming over doet. “Nu moeten we iets aanbieden waarvan we weinig weten. Er is al koudwatervrees bij klanten om van binnenvaart gebruik te maken; dat blijft zo door die onzekerheid.”
Habets heeft die gegevens over feitelijke reistijden onder meer bij Havenbedrijf Rotterdam opgevraagd. “Die hebben ze, weten we. Maar we krijgen ze niet. Ook niet geanonimiseerd.” Terwijl de binnenvaart er baat bij heeft en het beleid van het Havenbedrijf erop gericht is meer containers over water naar het achterland te laten vervoeren.
