Na de ontwikkeling die zich in de jaren ‘80 van de vorige eeuw al inzette in de zeevaart, zien we tegenwoordig in toenemende mate ook in de binnenvaart steeds meer schepen die elektrisch varen. De hiervoor benodigde elektrische energie wordt tot nu toe echter opgewekt met door diesel of LNG aangedreven generatoren. Dat de innovatieve ontwikkelingen in de binnenvaart doorgaan, wordt bewezen met de door Asto Raamsdonksveer gebouwde Indus. Het voor het in het Luxemburgse Ahn gevestigde bedrijf Industrans gebouwde koppelverband is het eerste volledig elektrisch aangedreven binnenvaartschip.
Voor de afbouw verzamelde Asto “groene” toeleveranciers als Koedood Dieselservice, HSP (Hybrid Ship Propulsion) en Oechies Electrotechniek om zich heen, stuk voor stuk bedrijven die zich al bewezen hebben met hybride projecten. Het resultaat is de bouw van het meest “groene” en milieuvriendelijke binnenvaartschip, waarbij er geen concessies zijn gedaan aan de bedrijfszekerheid.
Koppelverband Indus (110 x 11,40 meter) gaat containers vervoeren tussen Rotterdam en het aan het Belgische Albertkanaal gelegen Meerhout.
Pools casco
Asto-zaakvoerder Sjef Peters kon samen met Piet de Waardt (WPI) het Poolse casco uit voorraad leveren. De conventionele kop van het casco werd door Asto verwijderd, waarna er een duwsteven is aangezet. De snelle levertijd van het casco was voor de opdrachtgever een belangrijk pluspunt. Daarnaast was het bij de aanbesteding voor de bouw van het eerste volledig elektrisch aangedreven binnenvaartschip een pre dat het familiebedrijf uit Raamsdonksveer in de binnenvaartbranche een uitstekende naam heeft opgebouwd met hybride en milieuvriendelijke projecten.
‘Deze opdracht was voor ons een geweldige uitdaging’, stelt Sjef Peters. ‘Er is met een dergelijk schip geen sprake van standaardisatie zodat we tal van systeemoplossingen op maat hebben moeten ontwikkelen. In een moeilijke tijd voor de binnenvaart komen sterke ondernemingen bovendrijven. Daardoor kunnen wij beschikken over de beste partijen die op de markt actief zijn. Met Koedood, HSP en Oechies hebben we bedrijven gevonden die niet alleen alle hybride componenten kunnen leveren, maar daar ook de nodige knowhow en ervaring mee hebben. Samen met Gertjan van Gelder van Koedood en HSP hebben we berekeningen gemaakt, geënt op de vaarroute van de Indus; berekeningen en adviezen die garant moeten staan voor een optimaal resultaat op gebied van efficiëntie en milieuvriendelijk varen.’
‘Met de bevlogen eigenaren en de toeleveranciers hebben we kosten noch moeite gespaard om met de huidige technieken het maximale eruit te halen wat mogelijk is voor een “groene” vaart, zonder daarbij concessies te doen aan de bedrijfszekerheid.’
Technische zaken
De volledig elektrische aandrijving bestaat uit twee door Koedood Dieselservice geleverde Mitsubishi-generatorsets (één voor en één achter), een extra set die wordt gebruikt als het schip aangemeerd ligt in een haven, die voorzien zijn van eveneens door Koedood geleverde EmiGreen SCR-katalysatoren in het uitlaatsysteem. De Stamford-
generatoren drijven twee door HSP (Hybrid Ship Propulsion) geleverde Baumüller elektromotoren van respectievelijk 600 kW (816 pk) en 400 kW (544 pk) aan die om de schroefas heen gebouwd zijn. De elektromotoren kunnen tegelijk – dan leveren ze 1140 kW vermogen – of onafhankelijk van elkaar in bedrijf zijn.
De berekeningen van Asto en Koedood tonen aan dat op het Albertkanaal 544 pk voldoende is om de gewenste snelheid te bereiken. Mocht dit toch onvoldoende blijken, dan neemt de 816 pk elektromotor het over, waarna de 544 pk motor automatisch uitschakelt. Voor de voortstuwing zorgt een Mitsubishi-generator van 750 kV die een plaats kreeg in de boegschroefruimte.
De Ruyter Dieseltechniek zorgde ervoor dat de generatorsets en de elektromotoren op een verantwoorde manier aan elkaar gekoppeld werden. Oechies heeft de complete elektrische engineering voor haar rekening genomen, zowel van de voortstuwing als de overige elektronica aan boord van de Indus.
Op het voorschip heeft Asto een rvs-tank ingebouwd voor de opslag van ureum, een stikstofhoudende organische verbinding die bij tankstations verkrijgbaar is onder de naam AdBlue. Ingespoten bij de katalysatoren zet het ureum de stikstofoxide (NOx) om tot water en stikstof. Daardoor zijn de uitlaatgassen, volgens Sjef Peters, zowat schoner dan de lucht die de motoren via het luchtfilter aanzuigen. De ”groene” EasyFlow-roeren van De Waal passen perfect bij het optimaal zuinig en milieuvriendelijk maken van koppelverband Indus.
Stevendok
Het “groene” team, bestaande uit Asto, Koedood, Hybrid Ship Propulsion en Oechies, keek zaterdag 18 april in Raamsdonksveer met trots naar de doopplechtigheid van het koppelverband. Wat in de jaren ‘80 in de zeevaart werd geïntroduceerd, hebben deze vakmensen nu ook in de binnenvaart gerealiseerd: een volledig elektrisch aangedreven binnenvaartschip, geheel gebouwd volgens de stringente wensen van opdrachtgever Industrans.
Dezelfde dag werd bij scheepswerf Asto in Raamsdonksveer het stevendok met een maximaal hefvermogen van 400 ton en een breedte van 15 meter in gebruik genomen. Deze voor Asto toch heuglijke gebeurtenis werd door Sjef Peters bewust op de achtergrond gehouden. Het ging die dag immers vooral om de Indus.
Door de gemeente Geertruidenberg en de Verenigde Ondernemers Geertruidenberg is Asto uit een groot aantal aanmeldingen geselecteerd als een van de zes genomineerden voor de MVO-prijs 2015. De winnaar mag zich twee jaar lang de beste Maatschappelijk Verantwoorde Ondernemer noemen. Met de afbouw van de Indus scoort Asto zonder twijfel een fiks aantal bonuspunten.