Nog één keer besloot Pieter de Waardt om een nieuw beunschip te bouwen. Het schip is groter en heeft een aangepast ontwerp, maar toch is het onmiskenbaar een echte Morgenster.
“Er zijn er al vele geweest, de eerste bouwde ik samen met mijn vader in 1995”, vertelt Pieter. Hij is aan boord, de Morgenster ligt nog een weekje bij Olthof Marine Group, voor de laatste boutjes en klusjes. Eind april gaat hij het zand lossen dat voor de proefvaart geladen is. “Een doop doen we niet, we gaan gewoon varen.”
Bij de Capelse werf vond de afbouw plaats, dicht bij de thuishaven en woonplaats van de ondernemer: Krimpen aan den IJssel. Het casco liet Pieter zelf bouwen, door Scheepswerf Peter Tinnemans in Maasbracht. “Die heeft grote snijtafels, ik hoorde goede berichten over het bedrijf en ze maken vaak snijpakketten voor andere werven. Ik bedacht dat het financieel zou schelen als ik rechtstreeks bij Peter bestelde.”
De beslissing om een nieuwe Morgenster – de naam komt al 130 jaar in de familie voor – te bouwen kwam nadat een aannemer De Waardts vorige beunschip wilde kopen. Dat was in 2009 gebouwd. In januari 2022 ging Pieter van boord. Sindsdien voer hij nog wel af en toe op schepen van anderen, als invaller, maar dat waren dagdiensten. Echt de hele week weer varen en aan boord leven wordt wel weer wennen, denkt hij.
Eigen tekeningen
Het nieuwe schip is groter: 2.700 ton tegenover 2.350 ton. Het is 86 bij 11,45 meter. “Een meter breder dan het vorige schip. We hebben de tekeningen aangepast. Die waren van mezelf. Ooit begonnen we met 9,50 meter breed, toen werd het 10,50 meter en nu dus 11,45 meter. Maar wel weer met dat eigen smoeltje… Je herkent het schip zo.”
Het ontwerp is populair: Pieter verkocht het ook al meermaals aan collega-schippers. Er varen inmiddels zeventien schepen van dit model rond.
Een verandering ten opzichte van de vorige Morgenster is dat er nu wél een voorwoning is. Achterop was ook nog ruimte voor een extra kamer plus keuken en badkamer voor als er eens een derde bemanningslid meevaart. “Als we er geen gebruik van maken, missen we de ruimte niet.”
Pieter gaat met een vaste matroos varen. Het is een oude bekende: Yatimal. “Hij komt uit Indonesië en voer op het vorige schip ook bij me. We kunnen het goed vinden. Ik ben blij dat hij terugkomt. Hij ook, want hij heeft twee jaar op tankers gevaren. Het leven op een beunschip is toch anders. ’s Nachts liggen we stil en in het weekend is hij vrij. Dan ga ik naar huis; hij blijft aan boord.”
Rustig
De Morgenster is uitgerust met twee Scania’s D16 van 600 pk. “Daar is mijn keuze op gevallen door de Stage V-norm. Deze motoren zijn compact… zonder een enorm nabehandelingssysteem waar heel je machinekamer mee vol komt te zitten. Het zijn natuurlijk oorspronkelijk truckmotoren, maar wel met 16 liter inhoud.”
De motoren zijn heel stil, heeft Pieter tijdens de proefvaart gemerkt. “Dus dat is ook gunstig. Natuurlijk verdient het timmerbedrijf, Wessels uit Haren Ems, ook credits voor de goede isolatie.”
Tevreden is Pieter ook dat hij de Scaina’s combineerde met grote 3-bladsschroeven: “Een kracht van 600 pk per stuk op een schroef van 1,70 meter is wel anders dan de 1.300 pk op de schroef van 1,60 meter die we op het vorige schip hadden. Het resultaat is toch wel heel rustig en tijdens de proefvaart liep het schip gewoon een dikke 20 kilometer. Dus ik ben heel blij met het resultaat.”
Biljartlaken
Pieter de Waardt vaart voornamelijk binnen Nederland. “Veel rond het IJsselmeer, maar ook wel in de regio Rotterdam en op het Wad. Altijd met zand.”
De proefvaartlading zand ligt er strak in. Met trots in zijn glimmende ogen zegt Pieter: “Als een biljartlaken. Ik vind het altijd een kunst om ervoor te zorgen dat de beun er goed in staat. Dat is het belangrijkste bij een beunschip. Als hij er niet goed in staat, vaart het ook en verdien je geen euro minder. Maar dit is mooi toch: het zand is goed verdeeld, het schip ligt helemaal gelijklastig.”
De pompcapaciteit is uitgebreid ten opzichte van het vorige schip. “Bijna 500 kuub in een uur. En er liggen nu ook vier drainagegoten in. Dat zijn er twee meer. In mijn eerste schip begon ik met één goot. Door de jaren heen leer je, weet je wat werkt.”