Reparatiewerven voor de binnenvaart zijn zich onvoldoende bewust van het risico dat in schepen die vóór 1994 zijn gebouwd nog steeds asbest kan voorkomen. Zij houden zich daardoor vaak niet aan de regels voor asbestverwijdering. Dat blijkt uit controles door de VROM-Inspectie, die dezelfde waarschuwing laat uitgaan voor bedrijven die treinen onderhouden.
Sinds 1994 is het gebruik van asbesthoudend materiaal verboden. Als een werf werkzaamheden gaat uitvoeren aan een schip van vóór die tijd, is eerst een inventarisatie nodig van de eventuele aanwezigheid van asbest. Is dat het geval, dan gelden de strikte regels voor de verwijdering van asbest uit het Asbestverwijderingsbesluit 2005.
Arboregels niet nageleefd
“Geen van de onderzochte scheepsreparatiewerven houdt zich aan die regels, terwijl toch 37 procent van de onderhanden genomen schepen van vóór 1994 is”, maakt de VROM-Inspectie bekend. Slechts in twee gevallen bleek een asbestinventarisatie te zijn uitgevoerd. De bedrijven die in de fout gingen, zijn gewaarschuwd dat bij hercontrole handhavend wordt opgetreden.
Ook arboregels voor het werken met asbest worden in veel gevallen niet nageleefd, constateerde de inspectiedienst. “Het merendeel van de bedrijven heeft wel de verplichte risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) opgesteld maar daarin zijn de risico’s van asbest meestal onvoldoende onderkend.”
