Met zogenoemde ‘sprieten’ zullen vanaf dit jaar pincet-nauwkeurige metingen worden verricht vanaf de oevers van de Westerschelde. Ze moeten betrouwbare informatie leveren over waterstand, stromingen en golfbewegingen.
In opdracht van Rijkswaterstaat heeft instituut Deltares onderzoek verricht naar de grillige gedragingen van de Westerschelde. Want van sterke dwarsstromen ondervindt de scheepvaart in die rivier soms fikse hinder.
Vanaf september moet daarin verandering komen. Tussen Perkpolder en Walsoorden, en aan de andere kant bij Waarde, zullen zogeheten sprieten worden geplaatst. Die moeten door metingen ervoor zorgen dat er geen problemen op het water ontstaan. De apparatuur gaat actuele gegevens doorgeven aan de loodsen, zodat deze op de stromingen kunnen anticiperen.
High-frequenty radar
Daarvoor zal high-frequenty radar (HF) worden gebruikt. In totaal komen er twaalf ontvangst- en twee tot vier zendantennes. De sprieten worden ongeveer 2 meter hoog. Het is de eerste keer dat Rijkswaterstaat Zeeland dergelijke meetapparatuur in stelling brengt voor betrouwbare data over de gedragingen van de rivier, zodat die digitaal in kaart kan worden gebracht. Met nauwkeurige waterstands-, golf- en stromingsinformatie.
Maar ook bij reddingsoperaties, de bewaking van de waterkwaliteit en in het licht van (illegale) lozingen en slibmeting zullen de sprieten van pas komen. Door HF-monitoring wordt de veiligheid tegen (over)stromingen verhoogd en een vlotte doorvaart van schepen gewaarborgd, zo is de bedoeling.
Giertij
De invloed van de zee is met getijdenrivier en estuarium de Westerschelde nog ver landinwaarts waarneembaar. De Westerschelde is 113 kilometer lang en 2 tot 8 kilometer breed. De Schelde ontspringt op het plateau van Saint-Quentin in Frankrijk. De gehele rivier meet 350 kilometer tot aan de monding van het roerige water van Zeeland.
Waar het tij goed gevoeld wordt. Vooral springtij, door de Zeeuwen “giertij” genoemd, is vaak een regelrechte plaag geweest. Zoals in 2008 toen zeer hoge stroomsnelheden op zandplaten ontstonden. En een van de oorzaken van de watersnoodramp van 1953, waarbij wildtij en een zogenaamde ‘surge’ (woest water) voor een catastrofe zorgden.
Grilliger
Waar vroeger gedetailleerde Scheldekaarten soelaas moesten brengen, moeten nu de sprieten de problemen oplossen. In voorbije eeuwen voeren op de Schelde karvelen, kraken en houten oorlogsschepen tegen de klippen op. Nu is het de grote vaart, de kustvaart en zijn het de vissersboten en binnenschepen die door de HF-meetapparatuur een betere bevaarbaarheid van de Schelde krijgen.
Met de informatie krijgen loodsen goed gereedschap in handen. Want in de loop der tijd hebben het uitdiepen en baggeren van de Schelde, een wandelende rivierbodem en inpoldering de nodige invloed gehad. Met een heviger getijdeslag als gevolg. Waterstand en stromingen zijn zich grilliger gaan gedragen.
Ook kent de Westerschelde een aantal diepe putten. Zo is de 60 meter diepe Put van Borssele de diepste, ontstaan door erosie. Met hoge stroomsnelheden als gevolg. Onderhoud van vaargeulen en handhaven van de vereiste vaardiepten moet goed worden bewaakt.
Half juli starten de werkzaamheden. Half september zal, na het testen van de sprieten, de HF-radar operationeel worden.