Donderdagmiddag 22 maart heeft de Werkgroep van Varende Ondernemers – ook wel bekend als de ‘Werkgroep De Korte’ naar de voorzitter ervan, Rinus de Korte – advies uitgebracht aan het Transitiecomité over de structuur van een nieuw te vormen organisatie die de binnenvaart moet gaan vertegenwoordigen. De titel van het plan van de Werkgroep De Korte luidt veelzeggend “Samen voor de toekomst van de binnenvaart”.
Het organigram voor de nieuwe vereniging zoals dat is opgenomen in het plan van de Werkgroep De Korte.
De afspraak is dat binnen drie weken de drie betrokken organisaties – Branche Unie Binnenvaart, CBRB en Koninklijke Schuttevaer – rapporteren aan de voorzitter van het Transitiecomité, Arie Kraaijeveld, over het standpunt van hun besturen inzake het plan van de Werkgroep De Korte. De leden van het Transitiecomité hebben al aangegeven dat zij hun besturen positief zullen adviseren. Kraaijeveld wil over drie weken horen of de besturen dat positief advies over zullen nemen en het plan met een positief advies zullen voorleggen aan de leden. “Hoe ze dat doen, moeten de organisaties zelf weten”, zei Arie Kraaijeveld na afloop van de bijeenkomst met het Transitiecomité. “Zij kiezen hun eigen procedure daarin, als ik maar voor eind juni te horen krijg of de leden van de organisaties ermee instemmen.” Koninklijke Schuttevaer houdt 8 juni een algemene ledenvergadering en ook de BBU plant een overleg met de leden. Omdat het CBRB pas in het najaar een jaarvergadering houdt, raadt Arie Kraaijeveld ze aan desnoods de leden elektronisch te raadplegen. Hij wijst erop dat het plan unaniem wordt ondersteund door de leden van de Werkgroep De Korte, waarvan uit alle drie de organisaties afgevaardigden deel uitmaken. De groep bestaat uit voorzitter Rinus de Korte (onafhankelijk), Leen ten Haaf (KS), Jan Kruisinga (BBU, KS), Iza Lindhout (BBU), Dirk van der Plas (CBRB, bevrachter) Jacco Theunisse (CBRB, Varende Ondernemers), Bart Verkade (BBU), Ronald Versloot (CBRB, OPTO), Chris Hovestadt (BBU, CBOB) en Henk Wanders (CBRB, Tankvaart).
Kraaijeveld is heel gelukkig met de samenstelling van de groep. “Temeer omdat hiermee een blauwdruk voor een nieuwe organisatie is ontstaan vanuit de mensen die het aangaat. Ik heb er niet aan meegeschreven.”
Convenant
Als de leden van CBRB, BBU en KS in meerderheid akkoord gaan met het plan, volgt in augustus een convenant dat de drie organisaties gezamenlijk gaan bouwen aan de nieuwe organisatie. “Die bouwcommissie”, vervolgt Arie Kraaijeveld, “zal wellicht een jaar nodig hebben om alles in elkaar te steken. Intussen moet er draagvlak voor worden gecreëerd dat de grootste binnenvaartnatie ter wereld niet langer verdeeldheid uit zal stralen.” Hij weet dat er met name bij de Koninklijke Schuttevaer mensen zijn die geen afstand willen doen van de historisch opgebouwde reputatie van deze vereniging. “Natuurlijk heeft Schuttevaer een historie van 150 jaar. De werkgroep was zelfs unaniem over een mogelijke naamgeving Koninklijke BLN/Schuttevaer. En daar was in het Transitiecomité ook Pieter Struijs (voorzitter CBRB – red.) wel positief over.”
Een ander punt is de harmonisatie van de contributie. Er zijn grote verschillen in de contributie die wordt afgedragen voor de verschillende organisaties. “Daarvoor gaat na het tekenen van het convenant een contributiecommissie mee aan de slag. Er zijn mogelijkheden genoeg om een rechtvaardige, transparante manier van contributieberekening te maken. Je zou je bijvoorbeeld voor kunnen stellen dat iemand alleen lid is van een deel van de organisatie of dat er een integraal lidmaatschap is van zeg maar 100 euro – of een afgeleide daarvan op basis van tonnage of zo – en dat je vervolgens zelf kiest voor de sociaaleconomische vertegenwoordiging of alleen de nautisch-technische. En van het basisbedrag gaat dan de helft naar de nautisch-technische tak, bijvoorbeeld.”
Plan
In het plan van de Werkgroep De Korte wordt voorgesteld een vereniging te maken met een bureau-organisatie en een ledenorganisatie. De ledenorganisatie bestaat uit drie Sectoren: vervoerders, nautische zaken en dienstverleners.
De sector vervoerders kan verder onderverdeeld in deelsectoren:
– Droge-lading-vaart schepen met een lengte tot en met 86m;
– Droge-lading-vaart schepen met een lengte van boven de 86m en
koppelverbanden;
– Tankvaart;
– Duwvaart;
– Passagiersvaart en veren;
– Zand- en grindvaart en
– Containervaart.
De sector Nautische zaken kan regionaal worden ingedeeld zoals nu
Koninklijke Schuttevaer.
De sector Dienstverleners kan worden onderverdeeld in bijvoorbeeld de
volgende deelsectoren:
– Containeroperators;
– Tankvaartoperators;
– Bijzondere en zware tansporten en opslag;
– Overige dienstverleners en
– Geassocieerde leden.
Elke Sector heeft een eigen bestuur en dit Sectorbestuur wordt gekozen door de leden van de sector. Een Sectorbestuur kan zelfstandig besluiten waar het zaken binnen hun sector betreft.
De bureau-organisatie is gestructureerd naar beleidsterreinen, wordt ondersteund door een stafbureau en aangestuurd door een directieteam.
Op de vraag of daarmee de nieuwe organisatie niet het risico loopt weer te bezwijken aan de hoeveelheid bestuurders als al die deelsectoren weer een eigen bestuur krijgen, antwoordt Arie Kraaijeveld ontkennend. “Als een deelsector vindt dat het een eigen bestuur moet hebben, dan kan het daarvoor de ruimte krijgen, dat is volstrekt duidelijk, maar dan alleen voor zaken die echt alleen die deelsector aangaan. Over algemene zaken gaat alleen het hoogste niveau van de vereniging.”
Ook stichtingen als Bureau voorlichting Binnenvaart, Stichting Projecten Binnenvaart (waaronder het EICB hangt) en Bureau Telematica moeten opgaan in die ene organisatie. “De overheid zal graag bereid zijn te praten met die organisatie over mogelijke ondersteuning, als ze dan af zijn van al die kleine stichtingen.”
Niet euforisch
De positieve reacties van de leden van het Transitiecomité stemmen tot tevredenheid, maar Kraaijeveld is niet euforisch. “Het is één van de piketpalen die moest worden geslagen, maar ik weet echt wel dat er nog genoeg voetangels en –klemmen op de weg naar één organisatie zijn. Het is geen appeltje eitje, om het zo maar te zeggen. Belangrijk is dat er genoeg draagvlak komt voor deze organisatie. Er zijn veel etappes te nemen. De verandering van Kantoor Binnenvaart van een stichting in een vereniging was er bijvoorbeeld één en nu is er een tijdrit geweest. En we danken de Werkgroep De Korte voor deze waardevolle bijdrage.”
U kunt hier klikken voor het hele rapport van de Werkgroep De Korte.
