- Advertentie -
- Advertentie -
HomeMaritieme vrouwen krijgen podium in Rotterdam

Maritieme vrouwen krijgen podium in Rotterdam

- Advertentie -

Delen

Al eeuwenlang varen vrouwen uit, runnen ze scheepswerven of werken ze in de haven en visserij. Toch ontbreken ze vaak in de geschiedschrijving. Het Maritiem Museum in Rotterdam wil dat rechtzetten met de nieuwe tentoonstelling Maritieme Vrouwen, sinds 2 oktober te zien en de komende twee jaar te bezoeken.

De expositie is het resultaat van jarenlang speurwerk van conservator Irene Jacobs. Zij dook de museumcollectie van 1,2 miljoen objecten in met een simpele maar confronterende vraag: waar zijn de vrouwen? “In oude beschrijvingen stond vaak alleen de vrouw van”, vertelt Jacobs. “Dat was frustrerend, maar hielp ook: zo kon ik gericht zoeken. Uiteindelijk heb ik bijna driehonderd vrouwen gevonden.”

‘Vrouwen waren er altijd al op en rond het water’

Uit die zoektocht selecteerde ze dertig verhalen, verspreid over eeuwen en sectoren. Soms zijn het portretten of schilderijen, soms een brief of technische tekening waarmee een weduwe opdracht gaf tot de bouw van een schip. Jacobs: “We wilden laten zien dat vrouwen altijd hebben meegedraaid, in de scheepsbouw, op zee, in de binnenvaart, in havens en visserij. Niet één bijzondere uitzondering, maar een brede geschiedenis.”

Het museum koos bewust voor variatie. De tentoonstelling brengt vrouwen uit de 16e, 17e, 19e, 20e en 21e eeuw samen. De verhalen zijn niet compleet, benadrukt Jacobs, maar moeten laten zien hoe wijdverspreid de vrouwelijke aanwezigheid was en is. Bezoekers worden uitgenodigd om nieuwe namen en verhalen toe te voegen. ‘Het boek is niet dicht. We blijven de komende twee jaar verzamelen,’ zegt ze.

Tekst gaat verder onder de foto

Hofmeesteres en kindermeisje Thea Petiet voer tussen 1958 en 1969 de wereld over, waardoor er bijna geen plek of werelddeel is waar ze niet is geweest. Dat paste deze reislustige en avontuurlijke vrouw uitstekend. Plakboek met foto van Thea Petiet. (Foto: Maritiem Museum)

Activistisch tintje

Het museum laat zich met deze tentoonstelling nadrukkelijk zien. Peter Jan de Werk, verantwoordelijk voor marketing, vertelt dat er bewust groot is ingezet op zichtbaarheid. Alle vier de gevelbanieren zijn gewijd aan de expositie, iets wat normaal niet gebeurt. “De stad moet weten wat hier te zien is,” zegt hij.

De Werk noemt de opzet ‘enigszins activistisch’. Dat bleek al bij de aankondiging: een campagnebeeld met een jonge zwarte vrouw in de maritieme sector kreeg online felle kritiek. “We krijgen nare reacties en blokkeren accounts die alleen maar drek spuien. Maar het gesprek gaan we graag aan in het museum – als die accounts al van echte mensen zijn,” aldus De Werk.

Tijdens de perspreview vertelde hij een sprekende anekdote. Een groep bezoekers vroeg om rondleiding door een vrouw. Een mannelijke collega voelde zich gepasseerd. “Precies dat gevoel willen we zichtbaar maken,” zegt De Werk. “Vrouwen kunnen dit werk al lang en zijn capabel. Het hoort normaal te zijn dat zij het doen.”

Groeiend platform

Voor de binnenvaart worden zowel historische als hedendaagse gezichten getoond. Hannigje de Jong (1873-1911) had al een leven op het water achter zich toen ze in 1903 trouwde met schipper Gerrit Hutten. Hun schip kreeg haar naam: Annigje. De tentoonstelling schetst hoe hecht en gesloten de binnenvaartgemeenschap was — een wereld waarin het lastig was om iets anders te kiezen als je aan boord was geboren.

Museum wil debat over zichtbaarheid van vrouwen aanwakkeren

Naast deze geschiedenis laat het museum ook de huidige generatie zien, onder wie Arda Vos, schipper en eigenaar van het binnenvaartschip Fant. Vos vertelt in een videopresentatie hoe ze zelf haar vaarpapieren haalde omdat haar man dyslexie had.

Zij vaart tegenwoordig veel bulk- en containerladingen en verdeelt het werk met haar man: zij stuurt vaker, hij doet meer onderhoud. Vos herkent dat er nog altijd opmerkingen worden gemaakt over vrouwen aan het roer, maar ze laat zich er niet door tegenhouden. Wie het werk interessant vindt en de juiste papieren heeft, kan varen, zegt ze.

Wrijving

De tentoonstelling is geen afgerond geheel maar een groeiend platform. Tijdens lezingen en presentaties merkte Jacobs hoe vaak bezoekers persoonlijke verhalen kwamen vertellen. “Mensen zeggen: mijn oma zat op het water, of mijn moeder werkte mee aan boord. Als we die verhalen niet optekenen, verdwijnen ze,” vertelt ze. Daarom nodigt het museum bezoekers actief uit om namen en herinneringen aan te dragen.

De makers hopen op gesprek en soms wrijving. Jacobs noemt de tentoonstelling ‘vrij activistisch voor een museum’. Het doel is oude vanzelfsprekendheden bevragen: waarom werd de maritieme geschiedenis zo mannelijk geschreven? Waarom roept zichtbaarheid van vrouwen soms weerstand op? Het museum wil dat debat niet uit de weg gaan, maar juist op gang brengen.

De lange looptijd — twee jaar — geeft ruimte om reacties op te vangen en nieuwe verhalen toe te voegen. Zo kan de expositie meegroeien en relevant blijven.

Geen uitzondering

Met Maritieme Vrouwen zet het Maritiem Museum een statement neer. Het laat zien dat vrouwen altijd onderdeel zijn geweest van het maritieme leven: op de scheepswerf, aan het roer, in de haven en op zee. Het is een geschiedenis die niet compleet was, maar nu langzaam wordt ingevuld.

Voor hedendaagse schippers, ook in de binnenvaart, biedt de tentoonstelling herkenning én inspiratie. De verhalen van vrouwen als Hannigje de Jong en Arda Vos maken duidelijk dat meedoen op het water geen uitzondering is – en nooit geweest is.

Delen

- Advertentie -

Meer

Laat een reactie achter

Vul uw opmerking in!
Vul je naam in

- Advertentie -
- Advertentie -

- Advertentie -
- Advertentie -