De afgelopen maanden is de bodem van het Markkanaal hersteld. Het werk is in opdracht van Rijkswaterstaat en zonder al te veel hinder voor de vaarweggebruikers, met succes uitgevoerd door aannemerscombinatie Hakkers-Beens.
Het 5,7 kilometer lange Markkanaal verbindt het Wilhelminakanaal bij Oosterhout met rivier de Mark bij Terheijden (boven Breda). Het vormt een essentiële schakel tussen de vaarwegen in West- en Oost-Brabant. Zowel voor de beroepsvaart als de recreatievaart.
Rijkswaterstaat is begin oktober 2023 gestart met het herstellen van de bodem van het Markkanaal. Bij het vervangen van damwanden in 2022 en 2023 was geconstateerd dat er gaten in de waterbodem aanwezig waren. Daarom is de bodem over de hele lengte hersteld met steenbestorting. De kosten van het herstelproject bedroegen bijna 4 miljoen euro; voor de damwanden en de zelf-borende ankers 2,7 miljoen en het bodemherstel/steenbestorting 1,2 miljoen.
Opwaardering
Op de website van Rijkswaterstaat, de beheerder van het kanaal, staat dat het kanaal in 1905 gegraven is. Dat is volgens een artikel in het blad van Vereniging De Binnenvaart (editie 2015/5) echter onjuist. Wel werd in dat jaar, op 17 juni, een wet aangenomen “tot het aanleggen van een scheepvaartkanaal ter verbinding van de Zuid-Willemsvaart met de rivier de Mark onderling en met de rivier de Amer”.
Pas in 1913 werd gestart met het graven en op 14 oktober 1915 kon het kanaal worden opengesteld. Daarmee ontstond een verbinding tussen de Mark en de Amer, want al in 1912 was het gedeelte van het Wilhelminakanaal tussen Oosterhout en de Donge tot stand gekomen. De verbinding met de Zuid-Willemsvaart werd in 1923 voltooid.
Het kanaal zou geschikt moeten zijn voor kempenaars. Die konden wel door het kanaal, maar de Marksluis bij Oosterhout vormde een knelpunt. De drempeldiepte van de sluis was niet voldoende voor een geladen kempenaar en moesten dan ook gedeeltelijk afgeladen passeren. Het zou tot 1972 duren voordat dit knelpunt, door het aanleggen van een geheel nieuwe sluis, werd opgelost.
Het kanaal bij Oosterhout moest verlegd worden, waardoor een betere aansluiting met het Wilhelminakanaal tot stand kwam. Ook Sluis I in het Wilhelminakanaal werd verplaats en verruimd, waarna de rest van het Markkanaal eveneens werd verbreed. Door al deze ingrijpende aanpassingen kon het Markkanaal worden opgewaardeerd tot CEMT-klasse IV.
Zelfborende ankers
Het Markkanaal-project is onderdeel van het groot onderhoud vaarwegen (GOV fase 7a) en het opknappen van oeverwerken in de Brabantse en Limburgse kanalen. Bij het groot onderhoud aan het Markkanaal, Zuid-Willemsvaart, Wilhelminakanaal, en het Kanaal Wessem-Nederweert gaat het onder andere om het behoud van de doorgang voor de binnenvaart in de toekomst en het verstevigen van oevers.
Aannemerscombinatie Hakkers-Been kreeg van Rijkswaterstaat de opdracht dat groot onderhoud op de genoemde vaarwegen uit te voeren. In de afgelopen twee jaar zijn over een afstand van 13 kilometer de damwanden van het Wilhelminakanaal en het Markkanaal vervangen. De stalen damwanden, die de verouderde houten damwanden vervingen, werden verankerd met het zelfborende ankersysteem van Geotech Metals. In totaal zijn 3.700 zelf borende ankers gebruikt, waarvan 1.500 op het Markkanaal. Op het 13 kilometer lange traject werd daarvoor circa 700 ton ankerstaal gebruikt.
Uitzakken
De damwanden voorkomen dat de oevers gaan ‘uitzakken’. Bij die ingreep werden zogenoemde ‘Fauna Uittrede Plaatsen’ gecreëerd om verdrinking van (land)dieren die in het kanaal terecht zijn gekomen, tegen te gaan.
Bij het vervangen van de damwanden werd geconstateerd dat er gaten in de waterbodem aanwezig waren. De gaten zijn ontstaan door stroming en golfbewegingen als gevolg van jarenlang intensief gebruik van het kanaal. In 2014 voeren er 2.563 binnenvaartschepen en 4.438 recreatievaartuigen over het Markkanaal. In 2023 waren dat er respectievelijk circa 2.800 en 4.500.
Bij de gaten dichtende steenbestorting werden twee type steen gebruikt: eerst een fijnere steen van amper een halve centimeter doorsnede en vervolgens ter afdekking een veel grovere steensoort. Een peilboot monitorde wekelijks de voortgang en waar nodig werd er steen bijgestort. Dankzij het complete herstelproject blijft het Markkanaal veilig voor de scheepvaart en voor gebruikers van de omliggende wegen.
Door Jan Hoek
Het plaatsen van de zelfborende ankers. (foto Rijkswaterstaat)