Op maandag 6 januari is een nieuwe gezamenlijke havenverordening ingevoerd voor de havengebieden van Rotterdam en Amsterdam. Het is voor het eerst dat de twee grootste havens van Nederland samen een Havenverordening opstellen. De nieuwe Havenverordening is duidelijker en moet zorgen voor eenduidigheid in de regelgeving.
De Divisies Havenmeester van Amsterdam en Rotterdam werkten de afgelopen tijd samen om de regels voor de zee- en binnenvaart waar mogelijk gelijk te trekken en te vereenvoudigen.
Bunkeren
De regels zijn hetzelfde voor een schip dat één van de havens Amsterdam, Velsen, Zaanstad, Beverwijk, Rotterdam, Dordrecht, Zwijndrecht, Papendrecht, Vlaardingen of Schiedam aandoet. De nieuwe Havenverordening biedt de beheerders ook meer flexibiliteit, om in te spelen op bijvoorbeeld nieuwe technieken en schonere brandstoffen.
Door artikelen die vrijwel hetzelfde regelen samen te voegen, is het aantal artikelen afgenomen en is de verordening overzichtelijker geworden. Een voorbeeld is het verbod op roken, vonkvorming en open vuur in een petroleumhaven of oliehaven dat van twee bepalingen is samengevoegd tot één bepaling.
In de vroegere verordeningen waren bunkeractiviteiten van conventionele brandstoffen en LNG apart geregeld. In de nieuwe verordening zijn deze, maar ook het bunkeren van andere brandstoffen en hulpstoffen, gereguleerd op drie niveaus: het verstrekken van een vergunning, het aanwijzen van locaties en het stellen van voorwaarden aan de operationele veiligheid.
In de praktijk
De nieuwe Havenverordening past in het beleid van Amsterdam en Rotterdam om op het operationele vlak zo veel mogelijk samen te werken. Zo gebruiken ze samen HAMIS, het haveninformatiesysteem en presenteren ze binnenkort ook een gezamenlijke kledinglijn voor de operationele medewerkers.
De formulieren voor het aanvragen van vergunningen en ontheffingen op basis van de geactualiseerde Havenverordening zijn aangepast. De nieuwe Havenverordening is onder meer te vinden op de websites van Port of Amsterdam en Port of Rotterdam.
