De overslag in het Amsterdamse havengebied is in 2023 met 20 procent gedaald naar 63 miljoen ton. Dit komt met name door een daling van de overslag in fossiele energie.
In zijn jaarverslag constateert Port of Amsterdam dat de haven volop in transitie is. Tegenover de afname van de overslag staat een stijging van de opbrengsten van de havenbeheerder, die kwamen uit op 190,4 miljoen euro.
Hardste klappen
De totale overslag daalde in het Amsterdamse havengebied veel sterker dan in Rotterdam (min 1,4 procent) en Hamburg (min 4,7 procent). Antwerpen-Zeebrugge boekte, als enige van de top 4, zelfs een toename (plus 2,4 procent).
De Haven van Amsterdam is in overslag de nummer 4 van West-Europese havens. Tot het werkgebied van Port of Amsterdam behoren de havens van Amsterdam, Zaanstad, Beverwijk en Velsen/IJmuiden.
Kolenoverslag is gehalveerd
De overslag van steenkolen daalde met maar liefst 48 procent, naar 7,4 miljoen ton. Samen met de terminals voor steenkolen heeft Port of Amsterdam stappen gezet naar meer non-fossiele activiteiten. Zo is er eind 2022 terrein teruggenomen van een kolenterminal. Daar vinden nu andere activiteiten plaats, zoals de overslag van schroot.
Ook de overslag in olieproducten laat een forse daling zien: van 16 procent tot 28,9 miljoen ton. Dit komt mede door de sancties op olieproducten uit Rusland en het verbod op export van hoogzwavelige brandstoffen vanuit Nederland naar West-Afrika.
Verder verduurzamen
“In 2023 hielden we stevig vast aan de koers van onze strategie 2021-2025”, blikt Koen Overtoom, CEO Port of Amsterdam, terug. “De duurzame omslag die we jaren geleden in gang hebben gezet, neemt nu concrete vormen aan. Ondanks geopolitieke onrust, hoge inflatie en een neerwaartse economische trend is de haven volop in transitie.”
“Ook in 2024 investeren we in kades voor nieuwe en bestaande klanten, plaatsen we walstroompunten en verduurzamen we onze eigen vloot. Zo werken we aan het verder verduurzamen van de scheepvaart en haven.’’
Meer inkomsten
De contractinkomsten stegen door een hogere uitgifte van terreinen en reguliere prijsstijgingen. De zeehavengelden daalden echter met circa 10 procent in 2023. De binnenhavengelden daarentegen lagen met 7,8 miljoen euro iets hoger dan in 2022 (7,7 miljoen).
In vergelijking met 2022 is het nettoresultaat gegroeid van 44,5 miljoen euro naar 55,1 miljoen. Dat komt voornamelijk doordat in 2022 de laatste termijnbetaling plaatsvond (37,8 miljoen) voor de Zeesluis IJmuiden.