Ondanks de afspraken met Nederland daarover is Duitsland nog steeds niet begonnen met de aanleg van een derde spoor tussen Emmerich en Oberhausen, als aansluiting op de Betuweroute. Bij een werkbezoek aan het bouwinformatiecentrum in Rees kreeg Tweede Kamerlid Charlie Aptroot te horen dat dat spoor er waarschijnlijk pas rond 2020 ligt.
Geen haast
Dat was aanleiding voor de VVD’er om minster Schultz van Infrastructuur en Milieu vragen te stellen. Volgens hem is de Duitse verbeterde
aansluiting onmisbaar omdat het huidige spoor tussen Emmerich en Oberhausen te weinig capaciteit heeft “om de noodzakelijke groei van het goederenvervoer over de Betuweroute op te vangen”.
Charlie Aptroot. (archieffoto MG Redacties)
In 1992 maakten de Nederlandse en de Duitse regering afspraken over de aansluiting. Maar de oosterburen ljiken nog steeds geen haast te maken. Met 80 miljard euro aan bezuinigingen staat Angela Merkel niet te springen geld uit te geven aan de spoorlijn naar de Nederlandse grens. Er is in elk geval nog niets voor gereserveerd. Daarnaast is er een lange inspraakprocedure te gaan. Er is goedkeuring nodig voor twaalf trajecten. Voor drie daarvan zijn plannen ingediend maar ook weer ingetrokken. Die zouden, zo is Aptroot verteld, eind dit jaar weer ingediend worden. De andere negen volgen pas in 2012.
Noodplan
Aptroot wil dat zijn partijgenoot Schultz Duitsland aan de afspraken houdt. Hij heeft haar ook gevraagd hoe de aan- en afvoer van goederen
naar en van de Rotterdamse haven mogelijk wordt gemaakt. “Mede gezien de beperking van de capaciteit van de A15 die de komende
jaren optreedt door noodzakelijke werkzaamheden? Is er een noodplan waardoor, ondanks de beperkte capaciteit over spoor en over de
weg, de Rotterdamse Haven toch goed kan functioneren?”