Helaas, door de klimaatverandering zal de natuur steeds grilliger reageren. Door de zachte winters en geen of weinig sneeuw in de bergen zal er niet altijd genoeg water van de bovenrivieren komen. Om het water steeds weg te zien lopen is eigenlijk erg jammer, maar bij te veel water moet er goed afgevoerd kunnen worden. Rijkswaterstaat is volop bezig met afvoeren van water Ruimte voor de Rivier, een goede zaak bij te veel water, echter nu al voor het tweede jaar is het probleem dat er te weinig water vanuit de bergen komt.
Er ontstaat een zeer grimmige situatie voor de Europese binnenvaart en economie. Investeringen in nieuwe schepen staan onder druk. De enige oplossing is inspelen op het klimaat en daarom moet het water gekeerd worden bij te weinig aanwas van water.Met de opgedane kennis om het water te keren bij hoogwater, zoals de Maeslantkering in de Nieuwe Waterweg, kan het met zo’n constructie ook gekeerd worden bij laag water.
Vorig jaar heb ik een idee ingediend bij Rijkswaterstaat om bij Loevestein in de Waal twee sluizen te bouwen voor de op- en afvaart. Het antwoord dat ik van Rijkswaterstaat kreeg, was dat het scheepvaartverkeer dusdanig druk is op de Waal dat een sluis een te grote belemmering zou zijn. Bovendien zouden er op de Rijn bij meerdere plaatsen keringen nodig zijn.
Daar hebben zij wel gelijk in. Toch blijft het mij bezighouden om een idee aan te dragen voor een mogelijke oplossing. Technisch is het mogelijk om te keren en wel als volgt: tussen Loevestein en Vuren is plaats genoeg om twee keringen van het type Maeslantkering aan te leggen op 2 kilometer uit elkaar en die als een soort sluis te laten werken. In de opvaart staat de bovenste kering dicht. De opvaart vaart in de rivierruimte tussen de twee keringen. Tussen de keringen is ruimte voor heel veel tot de ijk geladen schepen en zelfs meerdere duwvaartkonvooien in de volle lengte.
Eens, er ontstaan wachttijden om de ruimte te vullen over de volle breedte van de rivier. Indien er een volle schutting is of iedere twee uur, gaat de onderste kering dicht. Zoals bij een sluis gaan de doorlaatkleppen in de bovenste kering open en stroomt de kolk van 2 kilometer lang en rivierbreed, met alle schepen omhoog.
Bij gelijke waterstand kan de kering, die als een sluisdeur gaat werken, open gezet worden richting de weilanden en kan men uitvaren. Vervolgens kan de afvaart invaren en naar beneden schutten.
Dit kan alleen maar werken als het Pannerdensch Kanaal een sluis krijgt en er hoger op de Rijn meerdere gelijkwaardige keringen komen zoals omschreven. Dit alles is een miljardenproject. Er moet samenwerking zijn vanuit Europa, Nederland, Duitsland en Frankrijk. Maar er is tenslotte economisch veel te halen.
Bij hoog water gaan de keringen, parallel langs de oevers van de rivieren, in de open stand.Daar zij kunnen drijven, vormen ze geen belemmering voor de waterafvoer.
Dit is een idee dat economisch veel zal opleveren, doordat er te allen tijden doorgevaren kan worden met voldoende diepgang.
Theo van Osch,
Kerkdriel