Drie vaarwegprojecten worden uitgesteld. Dat heeft minister Mark Harbers van Infrastructuur en Waterstaat besloten omdat ze door de stikstofproblematiek, stijgende prijzen in de bouw en krapte op de arbeidsmarkt niet op korte termijn kunnen worden uitgevoerd.
Het gaat om projecten die al wel in het aanlegprogramma MIRT stonden en waarvoor geld was gereserveerd: Volkeraksluizen, Kreekraksluizen en de vaarweg IJsselmeer-Meppel.
Stikstof
Ook veertien wegenprojecten gaan op pauze. Geld en menskracht van de uitgestelde projecten besteedt het ministerie van IenW de komende jaren aan de bestaande infrastructuur, die deels verouderd is en toe is aan groot onderhoud of vervanging. Ook wordt er geld verschoven naar projecten die wel aangelegd kunnen worden of onder de rechter zijn om de uitvoering zeker te stellen.
Een aantal aanlegprojecten kampt al een paar jaar met vertraging als gevolg van de stikstofproblematiek: er mag niet gebouwd worden als de stikstofuitstoot daardoor toeneemt. Ook stijgende bouwprijzen en personeelstekorten zitten de uitvoering van projecten dwars.
Onderhoud
Aan de andere kant heeft het rijk onvoldoende geld om noodzakelijke groot onderhoud, zoals vervanging en renovatie van bruggen, uit te voeren. “Dit groot onderhoud is wel noodzakelijk om de komende decennia onze infrastructuur in heel Nederland in goede staat te houden”, stelt het ministerie.
Daarom besloot minister Harbers eind maart geld en menskracht te verschuiven binnen het aanlegprogramma en van aanlegprojecten naar groot onderhoud van de infrastructuur. Het gaat om ruim 4 miljard euro.
Over welke projecten worden gepauzeerd is de afgelopen weken overleg geweest met provincies. Het ministerie voert het aanlegprogramma namelijk uit in overleg met de regionale overheden, die ook meebetalen.
Teleurstellend
“Dit voelt heel dubbel”, zei minister Harbers. “Het is teleurstellend, omdat we deze projecten nodig vinden en willen aanleggen. Aan de andere kant zien we ook dat het op korte termijn niet kan.”
“Dit besluit is ook positief, omdat we het geld nu kunnen uitgeven aan broodnodig onderhoud en het niet op de plank laten liggen. Dit is wat we nu wél kunnen doen en we gaan dan ook hard aan de slag met de grote onderhoudsbeurt!”
