Het grootste klimaatrisico voor het hoofdvaarwegennet is droogte, waardoor lage rivierafvoeren ontstaan. Dat stelt Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) in een studie naar de klimaatverandering en de invloed daarvan op het mobiliteitssysteem.
Door klimaatverandering neemt de kans op schade aan de infrastructuur toe, als gevolg van droogte, hitte, hevige neerslag of stormen, schrijven de onderzoekers van het KiM in Klimaatverandering en het mobiliteitssysteem. Ze brengen in het rapport in kaart waar de Nederlandse hoofdinfrastructuur van wegen, spoorwegen en vaarwegen gevoelig is voor het oplopen van schade door het klimaat. Ze beschrijven verder hoe het gebruik van deze infrastructuur en de activiteiten van mensen en bedrijven kunnen veranderen.
Minder vaardiepte
Als het om de vaarwegen gaat, schrijft het KiM: “Laagwater door droogte in combinatie met bodemerosie in de rivieren heeft invloed op de bevaarbaarheid van de rivieren (onder andere minder vaardiepte). De Waal heeft, vooral rond Nijmegen, een grote gevoeligheid voor onvoldoende diepte en bodemerosie. Ook voor de gehele IJssel en het meest bovenstroomse traject van de Nederrijn zijn locaties te vinden die gevoelig zijn voor onvoldoende diepte en bodemerosie.”
Modal shift naar wegtransport
Wat kunnen de gevolgen voor vervoer over water zijn? Een verminderde bevaarbaarheid van rivieren door droogte (laagwater) is het grootste negatieve effect dat de infrastructuur kan raken, aldus de onderzoekers. “Het kiezen van een andere vaarroute klinkt als
een theoretisch interessante optie, maar voor vaarroutes over rivieren bestaat vaak geen goed alternatief. Het minder zwaar beladen van schepen is op de korte termijn de meest voor de hand liggende, en in de praktijk ook meest toegepaste, optie bij droogte. Als periodes met droogte frequenter gaan optreden, zouden ook structurelere wijzigingen kunnen optreden, zoals een modal shift naar het wegtransport,” waarschuwt het KiM. Verlies van lading dus voor de binnenvaart.