
Sneeuwniveaus zijn cruciale indicatoren voor het voorspellen van de waterstanden in de Rijn. Bij Spotbarge hebben we een analyse uitgevoerd waarbij we de Rijn en zijn zijrivieren, zoals de Aare, Ill en Bregenzer Ache, hebben gevolgd en in kaart gebracht, tot aan hun oorsprong diep in Zwitserland en Oostenrijk.
Onze focus ligt op de twaalf belangrijkste bergen in Zwitserland die bijdragen aan de Rijn, die is onderverdeeld in twee delen: de Voor-Rijn en de Achter-Rijn. Wanneer de sneeuw en gletsjers smelten, stroomt het smeltwater de rivieren in.
Zwitserland heeft een uitgebreid netwerk van rivieren en kleinere zijrivieren. Het merendeel van deze kleinere waterwegen mondt uit in de Rijn, de Aare of verschillende meren, die vervolgens verbonden zijn met de Bodensee en uiteindelijk weer met de Rijn. Zoals bekend vervolgt de Rijn vanaf daar zijn reis door Frankrijk, Duitsland en Nederland.
Vijf jaar historische gegevens
Spotbarge beschikt over een uitgebreide database met twintig jaar aan historische data. Om echter de meest nauwkeurige en relevante vergelijkingen te maken, hebben we ervoor gekozen om gegevens van de afgelopen vijf jaar te publiceren, rekening houdend met de veranderende klimaatomstandigheden.
Om goed onderbouwde voorspellingen te doen over de waterstanden van volgend jaar, is het essentieel om over betrouwbare vergelijkingsdata te beschikken. Spotbarge biedt deze waardevolle gegevens, zodat klangen hun eigen analyses kunnen uitvoeren en op basis daarvan beslissingen kunnen nemen.
2023 versus 2024
Om het potentieel van onze data te demonstreren, presenteren we een vergelijking van de water- en sneeuwniveaus van 2023 met die van 2024 en 2025.
2024 valt op door uitzonderlijk hoge waterstanden. Had u dit vooraf kunnen voorspellen? Waarschijnlijk wel. De onderstaande grafieken laten zien dat het sneeuwvolume op verschillende bergen in 2024 meer dan verdubbelde, met stijgingen variërend van 50 tot 200 centimeter ten opzichte van het voorgaande jaar, 2023. Alle twaalf bergen die we monitoren, vertoonden een aanzienlijke toename in sneeuwvolume vergeleken met eerdere jaren.
2023/2024 versus 2025
Dit jaar zien we extreme verschillen tussen 2024 en 2025, waarbij de onderstaande grafiek variaties laat zien van 160 tot wel 330 centimeter. Ook in vergelijking met 2023 ligt de sneeuwval in 2025 dit jaar 100 centimeter lager.
Waterstanden 2023/2024
De waterstanden in juni 2023 vertoonden een duidelijk verschil op alle meetpunten in vergelijking met 2024. Door de lagere sneeuwval in 2023 lagen de waterstanden 200 centimeter lager dan in 2024. In 2024 zorgden zware sneeuwval en een later begin van de smeltcyclus voor een aanzienlijke stijging en een vertraagde instroom van smeltwater.
Cyclusduur
Een essentiële factor bij het vergelijken van de gegevens is de lengte van de cyclus. Uit de grafieken van 2023 en 2024 blijkt een opvallend verschil. In 2024 was de cyclus aanzienlijk langer, met een verlenging van een maand voor elke bergketen.
Daarnaast begon de sneeuwsmelt ook een maand later. Deze vertraging beïnvloedt de waterstanden in rivieren en meren, waardoor deze op een later moment stijgen.
Tot slot biedt het monitoren en vergelijken van de startdatum van sneeuwval met voorgaande jaren waardevolle inzichten voor verdere analyses.
Patronen en verbanden
Door onze waterstand- en sneeuwvalgegevens naast elkaar te leggen worden bepaalde patronen zichtbaar. Zo bereikten de waterstanden in de afgelopen jaren een dieptepunt rond eind oktober en begin november, wat samenviel met het begin van de sneeuwval in de Alpen.
Deze observatie is een voorbeeld van hoe onze gegevens kunnen worden gebruikt om trends en verbanden te identificeren. Dat biedt waardevolle inzichten voor diverse toepassingen.
Sneeuwniveaus ’23 ’24
Waterstanden ’23, ’24, ’25
Voorspelling voor komend voorjaar
De berg Weissfluhjoch is een representatief voorbeeld van de huidige situatie in het oosten van Zwitserland. Met slechts 100 centimeter sneeuw is dit de laagst geregistreerde sneeuwval voor deze tijd van het jaar in 32 jaar van metingen. Ook in Santis is er een verschil van 330 centimeter ten opzichte van vorig jaar. Vooral in het zuiden en oosten varieert het huidige sneeuwtekort ten opzichte van het langjarige gemiddelde (1991-2020) tussen de 40 en 70 procent.
In de bergen liggen de temperaturen ongeveer 1,5 graad hoger dan gemiddeld. Hoewel er in het westen meer sneeuw is gevallen dan in het oosten, hebben de hogere temperaturen ook geleid tot meer smelt.
Als we naar de gegevens kijken, zal de sneeuwcyclus in de bergen dit jaar waarschijnlijk korter zijn, met aanzienlijk minder sneeuwval dan vorig jaar. Als gevolg daarvan zal er waarschijnlijk minder smeltwater in de Rijn stromen, zal het eerder aankomen en in een korter tijdsbestek. Dit betekent dat het Bodenmeer minder buffer heeft voor de zomer seizoen en afhankelijk is van regen om de Rijn te voeden’
Met een account kunnen gebruikers zien hoe de cyclus van dit jaar afloopt en zelf de sneeuwval en de Rijnwaterstanden volgen. We monitoren ook vier rivieren in Zwitserland en vier rivieren in Oostenrijk die in verbinding staan met de bergen, de Rijn en het Bodenmeer.