- Advertentie -
- Advertentie -
HomeNieuwbouwKiezen voor kleinschaligheid en korte reizen

Kiezen voor kleinschaligheid en korte reizen

- Advertentie -

Delen

Vrijheid is een groot goed voor Fabian de Jonge. Dat uit zich op verschillende manieren in de Jade, de gloednieuwe coaster waarmee de 34-jarige de Jonge – inmiddels zes jaar scheepseigenaar – de toekomst tegemoet gaat. Zo koos hij heel bewust voor een schip van bescheiden omvang dat wordt gestookt op gasolie. “Op een kleinschalig schip kun je veel zelf doen. Zo heeft het een loodsvrijstelling in Nederland en op veel plaatsen in het buitenland”, vertelt De Jonge. “Bovendien kom je nog eens ergens; een schip van dit formaat kan in heel veel havens terecht.”

Fabian de Jonge: “Drie keer in de week op en neer naar het Ruhrgebied, dat zag ik niet zitten. Daarom koos ik voor de shortsea.”

De Jade is een BT 3250, een 3250-tons Bijlsma Trader, gebouwd bij de gelijknamige VeKa-werf in Lemmer. Het is de achtste in rij – na de Hydra, Hekla, Helenic, Cito, Priscilla, Alana Evita en Zeeland – maar de eerste waarop de uitrusting voor het varen op zware olie ontbreekt. De 1440 kW sterke Wärtsila wordt louter gestookt op gasolie.
Daarover vertelt Fabian de Jonge: “Ik kies bewust voor het korte werk. Hoef niet zo nodig naar de Middellandse Zee, blijf liever een beetje in de buurt. Reizen van en naar de Noordzee, Oostzee en de Atlantische kust vind ik mooi zat. Trips van maximaal een dag of drie, vier. Dan krijg je weinig vaaruren, zo weinig dat varen op zware olie geen voordelen oplevert.’’ Bijkomend voordeel is dat het schip door het wegvallen van de zware olie-uitrusting 25 ton lichter is, wat ten goede komt aan het laadvermogen.
De Jonge neemt met de Jade deel aan een pilotproject van IVW, Wagenborg en de redersvereniging. Daarbij mogen gasolieschepen boven 750 kW varen zonder machinist aan boord. Via een satellietverbinding houden de schepen ruggespraak met Shore Support aan de wal.
Deze pilot loopt al een tijd en de Jade doet de laatste maanden mee. “Hopelijk wordt dit wetgeving. Want het vinden van machinisten is een crime, helemaal in Nederland. Voor een machinist zit er in een schip als het onze ook bijzonder weinig uitdaging.”

Gemoedelijk
De Jonge koos ook voor kleinschalig vanwege de gemoedelijkheid aan boord: “Natuurlijk is er hier maar één die uiteindelijk verantwoordelijk is en knopen doorhakt. Maar op grotere schepen krijg je te maken met hiërarchieën en protocollen; dat hoeft van mij allemaal niet zo nodig. Hier gaat het er veel gemoedelijker aan toe, alsof je met familie vaart.”
“Van jongs af kreeg ik te horen: ‘Man, volg toch een hbo-opleiding, dan kun je op alle type schepen varen.’ Maar toen wist ik al dat mijn toekomst niet op grote schepen zou liggen. Nu heb ik wel al mijn papieren, maar kies ik nog steeds voor kleinschalig en korte reizen.”
Fabian de Jonge werd geboren als zoon van een binnenschipper. Zelf koos hij voor een leven op zee: “Drie keer in de week op en neer naar het Ruhrgebied, dat zag ik niet zitten. Daarom koos ik voor de shortsea. Een geweldig leven, één grote uit de hand gelopen hobby.”

Zelfstandig
De Jonge vaart vanaf zijn zestiende. Hij begon met varen voor Adri Peperkamp en ging aan de slag op verschillende schepen, voor onder meer Klaas van Donderen, Henk Danser en Egbert Bos. Hij voer op de Gelre van Peperkamp, een 2150 tons Bijlsma Trader uit 1992. In december 2004 nam hij dat schip over, waarmee hij op zijn 28e zelfstandig kapitein werd.
In 2007 – nog voor de recessie – raakte hij in gesprek over nieuwbouw en in 2008 bestelde hij een BT3250. “De Hydra was toen in afbouw. Ik ben er wezen kijken en vond het een heel mooi, fotogeniek schip. Dat gaf de doorslag.” De Gelre – die net door de keuring was – verkocht hij aan Noren, die het schip nu gebruiken voor transport van zeewier.

Naam
Fabian de Jonge is getrouwd met Claartje. Samen hebben zij een zoon, Julian. “Als wij een dochter hadden gekregen, had ze Jade geheten. Dat vinden Claartje en ik een prachtige naam. Die naam hadden we nog niet gebruikt en daarom hebben we ons schip zo genoemd.” Jade is ook een groene steensoort, vandaar de kleurstelling van het schip met een dominante groene kleur.

De Jade is een BT 3250, een 3250-tons Bijlsma Trader. (foto’s Jan Johan ten Have)

Het casco van de Jade is gebouwd in China, net als een deel van de casco’s uit deze serie. De overige casco’s komen uit het Tsjechische Melnik. De Jonge: “Ze zeggen dat de Tsjechische casco’s kwalitatief beter zijn en daarin kan ik me wel vinden. Er moest aan dit casco wel het een en ander gebeuren voor de afbouw kon beginnen. Maar over het uiteindelijke resultaat ben ik zeer tevreden. VeKa Bijlsma is een prima werf waar goed werk wordt geleverd. De lijnen zijn er kort en de communicatie direct en duidelijk.”
“Het is voor het eerst dat ik nieuw heb gebouwd”, vertelt De Jonge. “Het voordeel is dat dit nummer acht uit een serie is. Dan hoef je het wiel niet opnieuw uit te vinden. Ik ben aan boord geweest bij vrijwel alle voorgangers en voer mee tijdens proefvaarten. Ik heb van alle schepen her en der ideetjes gepikt om zelf op de Jade te gebruiken.”
“De betrokkenheid bij de afbouw vond ik erg leuk, al moet ik wel zeggen dat het de laatste weken een gekkenhuis is. Dan is het continu rennen en vliegen. Nu het schip gereed is, ben ik klaar voor de toekomst. Gaan we heerlijk varen en genieten van dit prachtige schip.”

(Jan Johan ten Have)

Klik hier voor technische gegevens op Vlootschouw.nl.

Delen

- Advertentie -

Meer

Laat een reactie achter

Vul uw opmerking in!
Vul je naam in

- Advertentie -
- Advertentie -

- Advertentie -
- Advertentie -