Havenbedrijf Rotterdam gaat zijn eigen CO2-emissies versneld aanpakken. De uitstoot is nu vooral afkomstig van de (patrouille)vaartuigen.
Ook bij het gebruik van auto’s en gebouwen komt CO2 vrij. In totaal gaat het om ruim 4.000 ton per jaar. Het doel is om in 2025 al 75 procent en in 2030 90 procent minder CO2 uit te stoten dan in 2019. Uiteindelijk wil het Havenbedrijf volledig emissieloos opereren.
“We gaan onze eigen CO2-emissies zo snel mogelijk terugdringen. Wat we nog uitstoten, compenseren we volledig. Het Havenbedrijf is daardoor feitelijk nu al CO2-neutraal. En omdat we de komende jaren steeds minder uitstoten, is er ook steeds minder compensatie nodig”, aldus CEO Allard Castelein.
Biobrandstof
Het Havenbedrijf heeft het afgelopen jaar uitgewerkt welke emissiereductie nodig is om zijn bijdrage te leveren om wereldwijd niet boven de 1,5°C stijging te komen. Daarvoor is science based targeting toegepast, een manier om het Klimaatakkoord van Parijs per bedrijf te vertalen naar concrete doelen. Volgens deze methodiek moet het Havenbedrijf in 2030 minimaal 46,2 procent reduceren (ten opzichte van 2019) maar omdat het technisch haalbaar lijkt, kiest het Havenbedrijf voor het versneld terugdringen van de eigen emissies met 90 procent in dat jaar.
Dit betekent onder andere dat alle vaartuigen van het Havenbedrijf op korte termijn volledig overstappen op biobrandstof. De ambitie is om nieuwe schepen vanaf 2025 volledig emissieloos uit te voeren.
Eisen aan baggeraars en bouwers
Het Havenbedrijf gaat ook op andere terreinen zorgen voor minder CO2-uitstoot. In 2025 moet de uitstoot door vliegreizen van medewerkers met 70 en in 2030 met 80 procent zijn afgenomen door minder te vliegen en door deelname aan een biokerosine-programma.
Ook voor opdrachten aan aannemers van het Havenbedrijf gelden reductiedoelstellingen. Hier gaat het in 2030 om een reductie van 45 procent bij het gebruik van brandstoffen (met name baggeren en grondverzet) en 20 procent voor de (bouw)materialen.
Bij de bouw van bijvoorbeeld kademuren wordt veel staal gebruikt. De productie daarvan gaat vooralsnog gepaard met een flinke CO2-uitstoot. Vandaar dat deze 20 procent in 2030 het maximaal haalbare lijkt.
Scheepvaart
Ook voor emissiereductie van scheepvaart en industrie spant het Havenbedrijf zich in, hoewel het dat niet direct kan beïnvloeden. Deze aanpak is gebaseerd op twee studies van het Duitse Wuppertal Instituut uit 2017 en 2018 naar de emissies van industrie en scheepvaart en de mogelijke transitiepaden voor beide sectoren.
Voor de scheepvaart in het havenbeheersgebied (tot en met 60 kilometer uit de kust) is het doel om de emissies in 2030 met 20 procent terug te dringen. Er wordt onder meer gewerkt aan geoptimaliseerde logistieke processen, het toepassen van walstroom en het bunkeren van schonere brandstoffen (zoals LNG, biobrandstoffen en methanol) door de scheepvaart.
Voor de industrie is staan projecten op stapel op het gebied van onder andere CO2-afvang en -opslag onder de Noordzee (project Porthos), aanleg van leidingen voor waterstof en restwarmte, en het aantrekken van innovatieve ontwikkelingen, zoals de productie van groene waterstof en biobrandstoffen.