Maar weinig verladers en ontvangers verstrekken schippers een losverklaring, die sinds 1 november vereist is na lossing. Dat meldt Kantoor Binnenvaart. "Omdat ze deze niet hebben of sterker nog, van het bestaan niet weten."
Het Scheepsafvalstoffenverdrag (SAV) is met bijbehorende wetgeving 1 november van kracht geworden. Het verdrag regelt de verzameling, afgifte en inname van afval in de Rijn- en binnenvaart, waaronder dat van de ladingresten. Een goede zaak die het milieu dient, maar helaas blijkt dat niet iedereen even goed op de hoogte is van de rechten en plichten. Met name over de losverklaring bestaat veel onbegrip, waarvan de schipper de dupe is.
Boete
"Deze zogenaamde losverklaring moet een verlader of ontvanger na het lossen van de lading aan de schipper overhandigen" aldus Kantoor Binnenvaart vandaag in een persbericht. "In deze verklaring moet opgetekend worden hoe het laadruim of -tank is opgeleverd en wat er met de restlading is gedaan. Bijna geen enkele verlader of ontvanger geeft de verklaring omdat ze deze niet hebben of sterker nog, van het bestaan niet weten."
Dat brengt de schipper in problemen, want in principe mag hij na lossing niet gaan varen als hij geen losverklaring heeft gekregen. Doet hij dat toch, dan is hij in overtreding. Uiteraard ligt het verzuim en nalatigheid bij de verlader of ontvanger en die riskeert als eerste een boete.""
Onvoldoende voorbereid
Kantoor Binnenvaart is "niet bepaald gelukkig" met deze situatie en constateert dat verladers en hun organisaties zich niet of onvoldoende op de nieuwe wetgeving hebben voorbereid. "Dit moet snel veranderen."
Kantoor Binnenvaart zal er de verladersorganisatie EVO en bij het Ministerie van Verkeer & Waterstaat op aandringen "zo spoedig mogelijk te komen tot de gewenste situatie. Het kan niet zo zijn dat schippers en het milieu de dupe worden van onwetendheid en onbekendheid met wetgeving."