Als recept voor een beunschip neem je de oude Van Duijvendijk-rompvorm en laat je Arie van Duijvendijk op het ontwerpbureau van Kooiman de dimensies aanpassen en specifieke wensen verwerken. Van deze ingrediënten wordt op de Bomex-4 Shipyard in Servië de basis gemaakt, die op smaak wordt gebracht bij Scheepswerf Hoebée. Je hebt dan een beunschip waar gang in zit, dat goed draagt, stabiel is tijdens het laden, dekken heeft als trottoirs en er voor een schipper uitziet om op te vreten.
Het zijn Teunis en Margrieta Heuvelman van ’t Veer, van de vof Fata Morgana, die met Hoebée rond de tafel gingen voor een nieuw schip. Hun 1740 ton grote beunschip was in 2008 verkocht. De wens was iets groter met een eigentijdse uitvoering en volgens Teun: “Eindelijk van dat middendek af, wat je altijd schoon moet spuiten.”
Margrieta maakte in niet minder dan dertien tekeningen de indeling van haar interieur duidelijk – inclusief de bank voor een tukkie in de stuurhut – voordat Adriaan van Hoebées timmermanswerkplaats ermee aan de slag kon. Het zou helemaal mooi worden met eigen kamers voor de jeugd en een echte, houtgestookte openhaard. Voor de betimmering werd eikenhout gebruikt en voor de lessenaar natuurlijk teak. En het is mooi!
Naamplank
In tegenstelling tot de betekenis van de naam ging de eerste Fata Morgana als luxe motor met Heuvelman op de naamplank in 1930 bij Scheepswerf Boot Leiderdorp te water. Teun, die sinds 2005 op eigen benen staat, koestert de naam in een 4 meter lange teakhouten wimpel op de brug. Vader Rien liet deze ooit maken op een jachtwerf in het Friese Warga. “1900 gulden vroeg de klassieke vakman ervoor. ‘Doe maar’, zei Rien. Ik heb hem nu weer zeven keer gevernist voordat hij tegen de brug ging. Zoiets gaat bij je horen.”
Traditie is in Ouderkerk aan den IJssel niet vreemd, ofschoon dit beunschip met zijn afmetingen van 86 x 10,50 meter en 2055 toch van een ander kaliber is dan de luxe motor. Voorin kunnen tussen Zwets pomp-equipement, ‘het aggregaat en de kopschroef bij wijze van spreken een paard en wagen rond.
Er staat een straatlange voorroef op, verdeeld in een comfortabele woning en dubbele garage, waarvan de plafonddeksels, aluminium frames en de kraan door Van Wijk werden gerealiseerd. Of er nog geen dekruimte genoeg is heeft het voorschip een duwplatform.
Teun koestert de naam in een 4 meter lange teakhouten wimpel op de brug. (foto’s Johan de Witte)
Vergaderruimte
Surveyor Maarten Pruisen zorgde er in Servië voor dat het middenschip en het casco qua gesoigneerdheid niet van een echte Hoebée (van Duijvendijk) te onderscheiden is. De roestvaststalen vloeikleppen zijn in Servië met topkwaliteit gemaakt. Voor de beide trappen in de brug is een royaal dek op gangboordniveau, dat zich uitstekend leent voor een buurpraatje.
In het hart draait Cummins, net als in de vorige schepen van Heuvelman. Ondanks touchscreens, gasolieseparator enzovoort kan deze machinekamer nog dienen als vergaderruimte. Teun werkt al 22 jaar met Cummins; met Dieselservice Ridderkerk als leverancier komt hij graag tot zaken. Ook Hoebées projectleider, Bert Driessen, die het halfweg overnam van Hans van Duijvendijk, had aan een half woord voldoende.
We kijken nog even in de stuurhut en tellen drie zandgoten. Een stortkoker in het voorschild met elektrische kleppen op vier niveaus en touchscreens bedienbaar op de lessenaar vanuit een zeer comfortabele stoel staan voor een beunschipondernemer gelijk aan culinaire verwennerij.
(Johan de Witte)
