De binnenvaart heeft al geruime tijd last van lage waterstanden op de Waal. Het Centraal Overleg Vaarwegen slaat hierover alarm bij minister Cora van Nieuwenhuizen. In het verleden lag voor het internationale scheepvaartverkeer het kritische diepgangspunt tot Keulen op de Rijn in Duitsland. Nu de vaardiepte op de Waal sterk afneemt ligt de minst diepe locatie in Nederland.
“Internationaal zijn er afspraken gemaakt over een streefdiepte bij een lage afvoer. Inmiddels is duidelijk dat deze overeengekomen streefdiepte van 2,80 meter op de Waal niet wordt gehaald”, stelt het COV. In dit platform werken BLN-Schuttevaer, CBRB, evofenedex en Vereniging van Waterbouwers samen.“Het gemis aan waterdiepte ten opzichte van de streefdiepte is opgelopen tot 50 centimeter. Concreet betekent dit dat een groot rijnschip per reis tot 500 ton lading minder kan vervoeren. Hiermee kunnen per schip, per reis 15 vrachtwagens minder van de weg worden gehaald.”
Streefdiepte
Het COV constateert dat de streefdiepte op de Waal van 2,80 meter bij een overeengekomen lage rivierstand (OLR) niet gehaald wordt. “Dientengevolge blijft de bevaarbaarheid van de Waal gedurende laagwaterperiodes achter bij die van de Rijn in Duitsland.”
Het COV wijdt de huidige situatie mede aan versterkte bodemerosie en “een verzuild rivierbeleid, waarin waterveiligheid, waterkwaliteit en scheepvaart onvoldoende integraal worden benaderd”.
Economische slagader
Jaarlijks passeren ruim 100.000 vrachtschepen de Waal, die gezamenlijk 130 miljoen ton lading transporteren. De Waal is daarmee een essentiële transportas die de zeehavens van Rotterdam, Amsterdam en Antwerpen verbindt met het Europese achterland.
Gezien de grote belangen voor de vervoerssector en de Nederlandse economie pleit het COV voor een samenhangend, boven regionaal en internationaal rivierbeleid voor de Nederlandse Rijntakken. Daarnaast roept de organisatie de minister op om met concrete maatregelen te komen die de bevaarbaarheid van de rivier op peil brengen.