De internationale afdeling van Koninklijke Schuttevaer verwelkomde op haar jaarvergadering afgelopen zaterdag in Gorinchem een aantal buitenlandse gastsprekers. Pascal Moens van het Waalse transportministerie ging in op de ontwikkeling van het Waalse vaarwegennet. Het vervoer over water in Wallonië is zich aan het herstellen van het crisisjaar 2009. “Maar de cijfers van 2007-2008 gaan we nog niet halen”, zei Moens. “Een aantal grote industrieën die klant zijn van de binnenvaart heeft de activiteiten nog niet volledig heropgestart.”
Nederlandse schippers, onder wie Gerard Veuger, namen de gelegenheid te baat om vragen te stellen aan vertegenwoordigers van Waalse, Franse en Duitse vaarwegbeheerders. (foto Sarah De Preter)
De Waalse overheid wil het vaarwegennet tot 2018 opwaarderen van klasse IV naar klasse V. Prioriteit hebben de sluizen, baggerwerken en nieuwe overslagkades. Geruststellend noemde Moens de lening die de overheid van de Europese Investeringsbank heeft gekregen. Hiermee kan onder andere de bouw van nieuwe sluizen in Klein-Ternaaien en Ivoz-Ramet starten. De sluizen zouden eind 2014 operationeel kunnen zijn.
Daarna wordt de sluis Ampsin-Neuville aangepakt. Ook op het kanaal Charleroi-Brussel, het Centrumkanaal, het Kanaal Nimy-Blaton, de Schelde en de Leie wordt de komende jaren gewerkt. De heropening van het Kanaal Pommeroeul-Condé is volgens Moens niet vóór 2015 te verwachten.
Politiek debat
Ook in Frankrijk worden de vaarwegen opgewaardeerd. “Het project Seine-Noord werkt bemoedigend”, zei Philip Maugé van vaarwegbeheerder VNF. Hij wees op de slechte conditie van het Franse vaarwegennet. Bij meer dan de helft van alle stuwen en sluizen is minstens één belangrijk risico vastgesteld. “In 2018 moet ons netwerk voldoen aan de normen die ook elders in Europa gelden. We realiseren ons dat we daar nog ver van af zijn.”
In Duitsland stond via de conjunctuurprogramma’s van de overheid voor de vaarwegen tijdelijk meer geld ter beschikking. Maar vanaf 2012 zal de sector het weer zonder die extra middelen moeten doen. “Onze vaarwegen moeten in goede conditie zijn om de voorspelde volumestijging te kunnen verwerken”, zei Michael Heinz van de WSD West. Om de beschikbare budgetten in de toekomst efficiënter in te kunnen zetten heeft de Duitse WSV een programma ontwikkeld voor standaardisering van sluizen en stroomkasten. “Hiermee hopen we te kunnen besparen op bouw- en planningskosten.”
Ondertussen is in Duitsland een politiek debat losgebarsten over de prioritering van vaarwegenprojecten. Heinz: “We kunnen benieuwd zijn hoe deze discussie zich ontwikkelt. Belangrijk is in ieder geval dat de sluizen en andere kunstwerken op onze hoofdvaarwegen ook in de toekomst blijven functioneren.”
(Sarah De Preter)