Met de ingebruikname van de vijfde Sunrisetanker is de vloot van Tank- & Schifffahrt C. Burmester uit het Luxemburgse Roedt volledig dubbelwandig. Eigenaar Christian Büchting en zijn echtgenote Nicole namen deze maand de naar zijn dochter vernoemde Katharina Burmester officieel over van GS Yard, waar het 86 x 9,50 meter grote tankschip het afgelopen half jaar is gebouwd.
Naast de Katharina Burmester varen in de Burmestervloot ook de Sunrisetankers Georg Burmester, Nicole Burmester, Lotti Burmester en Burmester 100. Ook de tankers Tom Burmester en Christoph Burmester zijn in opdracht van de Luxemburgse eigenaar Christoph Burmester GmbH gebouwd bij GS Yard, maar deze kwamen al van de werf in de tijd vóór de introductie van het Sunriseconcept. Burmester droeg destijds enthousiast bij aan de ontwikkeling van dit scheepstype en heeft het concept vanaf het moment van introductie liefdevol omarmd. De twee charterschepen Florian Burmester en Dettmer Tank (DT) 118 maken de vloot compleet.
Opvallend detail aan de vloot van de in 1935 door de grootvader van de huidige eigenaar opgerichte rederij is het formaat van de schepen: alle negen schepen hebben hetzelfde, relatief kleine, formaat van 86 x 9,50 meter. “Kanaalvaart is onze specialiteit; daarin zijn wij ervaren en voelen wij ons thuis”, vertelt Büchting.
Die specialiteit is overigens niet geheel exclusief. Met de Florian is Burmester met name actief in de Rijnvaart: “Onze bevrachter Main Tank Service (MTS) gebruikt de Florian Burmester – voorheen Necton – voor transport van kleinere partijen in de Rijnvaart.”
GS Yard
Toen het aankwam op de vervanging van de laatste enkelwandige tanker van Tank- & Schifffahrt C. Burmester S.à.r.l. hoefde Büchting dan ook niet lang na te denken bij wie hij de opdracht voor het uitbrengen van een offerte zou neerleggen. Al zes schepen liet hij bouwen op de Groninger werf van zijn vertrouwde zakenrelaties Christian Hochbein en Daniel Gausch.
Vorig jaar liet hij er hij er de Burmester 100 bouwen. De trendbreuk in naamgeving die dit schip belichaamde, was in het geheel niet toevallig. De Burmester 100 was namelijk het honderdste schip dat op de werf aan het Winschoterdiep werd gebouwd sinds Gausch en Hochbein de werflocatie tien jaar geleden nieuw elan gaven. Tien jaar, honderd schepen en de tewaterlating van het schip tijdens het jaarlijkse, uitbundige Zomerfeest van GS Yard waren voor Büchting voldoende reden om het schip een memorabele naam te geven.
2 x 500 pk
De keuze voor het Sunrise-ontwerp is ook logisch, aangezien Büchting zelf meedacht over de ontwikkeling van dit scheepstype. De Sunrise onderscheidt zich door een opvallend laag brandstofverbruik plus een groter laadvermogen dan schepen van vergelijkbare lengte.
Dit heeft onder meer te maken met het ontwerp van het onderwaterschip, een relatief laag eigen gewicht door gebruik van extra licht staal en dubbelschroefs aandrijving met een relatief geringe schroefdiameter van slechts 1,30 meter in plaats van de gebruikelijke 1,60 meter. Dat maakt aandrijving van het schip met slechts 2 x 500 pk vermogen mogelijk. Dat vermogen wordt geleverd door twee Volvo Penta D13-hoofdmotoren.
Büchting noemt nóg een argument voor zijn keuze: “In onze vloot varen nu vijf Sunrisetankers. Onze mensen die deze schepen kennen, zijn op alle vijf inzetbaar. Dat maakt uitwisseling van medewerkers eenvoudig: op elk schip kunnen zij uit de voeten in het stuurhuis, in de machinekamer en met de laad- en losinstallaties Wij hoeven onze mensen hiervoor niet opnieuw in te werken.”
Eén van die mensen is kapitein Darik Wojkowski, die tot voor kort op de Lotti Burmester voer en nu zonder noemenswaardige overgangsproblemen het gezag op de Katharina Burmester kan gaan voeren. “Natuurlijk wordt het wel een beetje wennen”, zegt Wojkowski. Maar met zijn 35 jaar ervaring in de binnenvaart, waarvan de laatste acht jaar als kapitein op verschillende schepen van Christoph Burmester, loopt dit zeker wel los.
In diezelfde zomer dat de Burmester 100 te water ging, zetten de werfeigenaren en de reder hun handtekeningen onder de opdracht voor de bouw voor – vooralsnog – de laatste nieuwe tanker. “Qua uitvoering is er wat ons betreft niks nieuws onder de zon.”
Breed inzetbaar
Dit schip is nagenoeg identiek aan de Burmester 100, waarmee Büchting inmiddels goede ervaringen heeft. Het schip gaat vanuit thuishaven Hamburg op contract varen voor Tankpartner uit Kaltenkirchen. Het wordt naar verwachting breed ingezet voor het transport van petrochemische producten, ethers en lichte chemie. Het vaargebied wordt met name Nederland en Noord-Duitsland.
De bouw verliep voorspoedig. Büchting is wederom tevreden: “De samenwerking met het team onder aanvoering van afbouwbegeleider Willem Heeres verliep bijzonder prettig. De mensen tonen zich betrokken bij hun projecten en zijn behulpzaam. De communicatie is er duidelijk en afspraken worden nagekomen. Ik kom er al meer dan tien jaar zeer regelmatig en altijd met plezier. Het zijn mensen waarop je kunt vertrouwen.”
tekst en foto’s: Jan Johan ten Have
