De ASV is het niet eens met de bewering dat enkele duizenden binnenvaartschepen door een voorstel van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat langer in de vaart kunnen blijven. Het voorstel om de geluidseisen te versoepelen voor schepen gebouwd vóór 1976 is volgens de schippersorganisatie een schijnoplossing en juist gunstig voor jongere schepen.
Sunniva Fluitsma, tot dit najaar voorzitter en nu lid van de Denktank van de ASV, reageert op het voorstel en de manier waarop het ministerie dat aan de sector presenteert: “Men zet hierbij de politiek op het verkeerde been. Er wordt gedaan alsof deze ‘versoepeling van de geluidseisen’ voor de oudere schepen is bedacht. De werkelijkheid is een andere: hiermee hoeven de schepen van ná 1976 niet te bewijzen dat ze aan de geluidseisen zouden voldoen, en daarvoor heeft men de schepen van vóór 1976 met een werkwijze opgezadeld die zeker geen ‘oplossing’ betekent.”
“Het is schrijnend dat er dan net gedaan wordt alsof dit allemaal bedacht is voor de oudere schepen en dat die eigenaars daarvan nu blij zouden moeten zijn”, vindt Fluitsma. “Om dit zo voor te stellen is de mensen op het verkeerde been zetten. De ‘versoepeling’ bij de keuring van de geluidseisen is zo beperkt en vooral zo ongewis dat het voor velen een struikelblok zal blijken, zeker gezien de eisen die er verder nog gewoon blijven bestaan. Het is ronduit schandalig om mensen het gevoel te geven dat dit nu een oplossing is voor schepen van voor 1976!”
Sussen
Het voorstel betekent volgens de ASV dat geen enkel schip aan de geluidseisen kan voldoen, maar alleen de oudere schepen er straks aan moeten voldoen. “En dat stelt men voor als een oplossing! Zou er niets gebeurd zijn, en de regelgeving dus voor alle schepen van toepassing zijn (wat eigenlijk bij alle CCR-regels zo is), dan zou zo ongeveer de hele binnenvaartvloot hier niet aan kunnen voldoen. Dat lijkt erger, maar dan zou het probleem wel over de hele linie gelden en daarmee zou men niet kunnen doen wat er nu gebeurt: sussen dat het probleem ‘opgelost’ zou zijn.”
De ASV is ervan overtuigd dat dit echt nog geen oplossing is. Fluitsma: “Wij denken dat de diversiteit van de vloot wegslopen namelijk ook een enorme aantasting is, en dat gaat gebeuren als dit op deze manier doorgaat. Denk aan de persoonlijke drama’s van al die schippers die hun werk, woning, pensioen en toekomst kwijt raken. Denk aan die meer dan 70.000 extra vrachtwagens op de weg.”
Wat mag straks “redelijkerwijs verwacht worden” van scheepseigenaar?
Juist nu de politiek positief staat tegenover de binnenvaart en de bijdrage die de sector kan leveren aan de maatregelen in het kader van het klimaatakkoord, wil het ministerie het niet op zijn geweten hebben de hele vloot te laten verdwijnen, vermoedt Fluitsma. “Men zou dan wel eieren voor zijn geld gekozen zou hebben. Ergo: de kans op een werkbare aanpassing voor iedereen zou dan aanwezig zijn. Of, nog beter: men zou zich wellicht distantiëren van deze regelgeving die leidt tot een koude sanering van de vloot binnenvaartschepen… (bijna) álle binnenvaartschepen.”
Cruciaal wordt waarschijnlijk wat wordt verstaan onder wat een scheepseigenaar bij overschrijdingen van het geluidsniveau moet doen wat “redelijkerwijs van hem mag worden verwacht om het geluid verder terug te dringen”. Fluitsma waarschuwt alvast: “Als daar geen werkbaar voorstel voor komt, zal een heel groot deel van de kleinere schepen met een kiellegging van voor 1976, binnen overzienbare tijd verdwenen zijn.”En voegt eraantoe: “Wij wachten dus op dat werkbare voorstel.”
Slechts heel kleine winst
Het positieve nieuws is volgens enkelen dat men met dit besluit de geluidsmeting zal doen bij een gemiddeld toerental in plaats van meten bij 95 procent van het maximale toerental. Dat zal sommige schepen helpen, maar ook heel veel niet”, voorspelt Fluitsma. “Er zijn schepen waarbij juist het hoge toerental minder geluid produceert. Dus het is maar een heel kleine ‘winst’ waar we het over hebben.”
⇒ Lees hier het artikel over het voorstel van het ministerie van IenW.