In Frankrijk is het Canal entre Champagne et Bourgogne gestremd door watertekort. Ten minste éen schip is daardoor opgesloten in Zuid-Frankrijk. Het gaat om het Nederlandse ms Mazzel, dat na een reis naar Sète aan de Middellandse Zee metg een retourvracht voor een Belgische bestemming onderweg is. De blokkade is voor onbepaalde tijd afgekondigd. Volgens de ASV duurt de stremming bijna zeker tot september.
De schippersvereniging trok afgelopen weekend aan de bel bij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en vraagt om druk uit te oefenen bij de Franse instanties om zo snel mogelijk voor een oplossing te zorgen.
Geen water
Het 200 kilometer lange kanaal, dat oorspronkelijk Canal de la Marne à la Saône heette, verbindt het Canal latéral à la Marne met de gekanaliseerde Saône. Het kanaal krijgt normaal gesproken water van de Marne, schrijft de ASV aan de ambtenaren van I&W.
“Echter, bij een te lage stand van deze rivier geven ze vanaf daar geen water meer richting het kanaal vanwege de waterhuishouding en slecht onderhoud van de Franse kanalen. Er zijn diverse waterbekkens aangelegd om in dit geval alsnog, vanuit deze bekkens, water in het kanaal te laten stromen maar deze zijn inmiddels in gebruik voor recreatie. De VNF (de Franse vaarwegbeheerder, red.) wil daar geen water uit laten lopen richting het kanaal waardoor de gehele Zuid-Noord route voor de scheepvaart nu stilligt.”
Meer problemen
Het probleem met het Canal entre Champagne et Bourgogne is namelijk niet het enige op het Franse vaarwegennetwerk. In het Canal du Centre is een sluispand lek, meldt de ASV. “Dit hebben ze leeg moeten laten lopen, anders komen de huizen naast het kanaal in het water te staan. De route via de Vogezen/Moezel/Maas is afgesloten vanwege watergebrek en onderhoud aan de sluizen. Met andere woorden, er is totaal geen scheepvaart (transport) meer mogelijk tussen Nederland en het zuiden van Frankrijk en vice versa.”
Omvaren via de Rijn
De schipper heeft volgens de ASV contact gehad met de instanties “en die zeggen even heel eenvoudig dat hij via de Doubs, waar door verzanding van de rivier nog maar met 1,20 meter diepgang gevaren kan worden (dus hier kan men ook niet beladen varen), richting de Rijn kan komen. Dit gaat echt nergens over want dat zou inhouden dat deze mensen met een onbeladen schip, via de Rijn, moeten vertrekken richting Nederland en daarvoor 1800 kilometer met een leeg schip af moeten leggen. Dat is minimaal achttien dagen varen.”
Bovendien, zo voegt de ASV toe, hebben veel kleinere schepen door de strengere CCR-regels tegenwoordig geen Certificaat van Onderzoek maar een Communautair Binnenvaartcertificaat, en daarmee mogen ze niet op de Rijn varen.
Aan het eind van de brief wijst de ASV het ministerie erop “dat wanneer wij in Nederland niet oppassen en niet snel het achterstallig onderhoud, ook bij kleinere vaarwegen, aanpakken, we aan deze gang van zaken in Frankrijk kunnen zien waar dit in Nederland gaat eindigen.
