Met de aflevering van de MAIN IX heeft visserijcoöperatie VCU-TCD op Urk een drietal dubbelwandige zusterschepen afgeleverd. De Gulf Max wordt door olieconcern Gulf ingezet als oliebunkerboot en dochteronderneming Maritieme Afvalstoffen Inzameling Nederland (MAIN) gebruikt de gloednieuwe MAIN VIII en MAIN IX als bilgeschepen.
Met de afbouw van bilge- en bunkerboten treedt de Urker visserijcoöperatie – niet voor het eerst – buiten de oevers van de visserij. Dit heeft onder meer te maken met de huidige malaise in de visserij.
VCU koopt als coöperatie gasolie in voor haar leden. “Het gaat daarbij om ongeveer een miljoen liter per week”, vertelt engineer Roelof van Urk van VCU-TCD. “Gulf fungeert daarbij voor ons als leverancier en distributeur in heel Europa.”
De MAIN IX is gebouwd voor Maritieme Afvalstoffen Inzameling Nederland.
“In die hoedanigheid onderhouden VCU-TCD en Gulf al geruime tijd zakelijke banden. Toen Gulf enkele jaren geleden op zoek was naar een bedrijf dat de eerste serie van zes nieuwe bilge- en bunkerschepen kon afbouwen, verzochten ze ons ook om in te tekenen. Op dat moment repareerden wij overigens al vrijwel alles aan boord en verzorgden we ook de inbouw van motoren; zowel in de visserij als in de scheepvaart. Wij hadden dus al de kennis voor de afbouw in huis.”
Het casco van de 35 bij 6,60 meter grote MAIN IX is gebouwd in Turkije. De MAIN IX is gebouwd als dubbelwandige tanker type N-gesloten, waardoor het schip ook afvalstoffen met een laag ontvlampunt mag vervoeren, zoals benzinewaswater.
De afbouw nam vijf maanden in beslag. “Geheel volgens planning”, zegt Van Urk. “Het mag dan een gering formaat hebben, het is wel een complex schip, met onder meer veel leidingwerk voor de uitgebreide laad- en lossystemen. Alleen de IVW-keuring liet even op zich wachten. Daarvoor kan de wachttijd momenteel wel oplopen tot een half jaar.”
Bedreiging
VCU-TCD heeft voor de komende tijd de afbouw van het nieuwe visserijschip Lub senior (UK153) in de planning staan. Voor zover bekend bij de goed ingewijde Roelof Van Urk is dat het enige nieuw te bouwen Nederlandse visserijschip dit jaar. En dat is naar Van Urks rotsvaste overtuiging niet te wijten aan een gebrek aan vis in de Noordzee: “De grootste bedreiging van de visserij is zonder enige twijfel de bureaucratie.”
Pieter Louwe van Slooten van Van Slooten Shipbuilding is volgens Van Urk de enige Nederlander die het dit jaar aan durft om nieuw te bouwen. Anderen zien er geen heil in door de lage visprijzen, hoge gasolieprijzen en druk van buitenaf. “De buitenwereld ziet vissers tegenwoordig als piraten en zeerovers, omdat ze verantwoordelijk zouden zijn voor het leegroven van de zee”, zegt Van Urk. “Milieuorganisaties laten geen gelegenheid onbenut om de visserij in een kwaad daglicht te stellen. Maar ondertussen is de kabeljauwstand in de Noordzee helemaal hersteld.” Het Wereld Natuur Fonds bevestigde dat in een artikel dat op 18 mei op visserijnieuws.punt.nl werd gepubliceerd.
Kwekerijen
Bron van alle kwaad zou volgens ‘de milieubeweging’ de boomkorvisserij zijn. Van Urk benoemt de twijfel die daarover volgens hem breed leeft: “Ooit werd op de grens van de territoriale wateren van Engeland, Nederland en Denemarken een gebied zo groot als de provincie Gelderland aangewezen als zone waar niet gevist mocht worden. Naar verwachting zou het een kraamkamer voor vissen worden, wateren rijk aan de meest uiteenlopende soorten vis. Als je nu naar dit gebied kijkt, lijkt het wel alsof er een kernbom is gevallen. Het is volledig uitgestorven. De visstand is in het onbeviste gebied dramatisch gedaald. Misschien mag je daaruit concluderen dat bevissing zo slecht nog niet is.”
Door enorme reductie van de Europese vissersvloot komt een groot deel van de vis tegenwoordig uit kwekerijen in Azië. “Die legt meer kilometers af van vangst naar consument dan dat hij zijn hele leven heeft gezwommen. Om hem goed te houden wordt hij volgepropt met antibiotica. Is dat dan zo duurzaam? En wat te denken van al het oerwoud dat in Vietnam en omstreken wordt gekapt voor de aanleg van reusachtig veel kwekerijen. Ter vergelijking: Europa importeert jaarlijks een miljoen ton vis uit Vietnam, terwijl het totale scholquotum in de Noordzee slechts zeventigduizend ton bedraagt. Het gaat om enorme stukken bos die gekapt worden voor onze visbehoefte. Over duurzaamheid gesproken.”
Visserij Innovatie Platform
VCU-TCD is een van de partijen die zich inspant voor verbetering van de visserij en de positie van vissers in Nederland. Zij doet dit door veel tijd en energie te steken in visserijmethodes die minder schadelijk zijn voor het onderwatermilieu. Zoals twinrig en flyshoot, lichtere vistuigen en het nu nog verboden elektrisch vissen. Daarnaast wordt gekeken naar kostenreductie, met name in de vorm van brandstofbesparing.
Van Urk: “Qua nieuwe ontwikkelingen komt het tegenwoordig helemaal aan op organisaties als de onze. Gelukkig worden diverse innovaties ondersteund door het door de overheid gesteunde Visserij Innovatie Platform De vissers zelf hebben geen enkele financiële ruimte meer om te investeren in doorontwikkeling van hun vak. Die moeten al hun tijd en energie steken in het binnenhalen van vangst, anders houden ze het hoofd niet boven water.”
(Jan Johan ten Have)