Shipyard Trico tekent voor mvs Miranda als hoofdaannemer. Het casco is door ATS in Vlissingen gebouwd, heeft 37,50 x 9,40 x 3 meter als afmetingen en is een multipurpose support vessel. Ze onderscheidt zich door haar fraaie model, imposante brug, de kraan en het royale werkdek.
Er zijn 28 slaapplaatsen. Het hybride, brandstofbesparende voortstuwingssysteem is ‘milieugroen’, waarmee eigenaar van Laar Maritime uit IJmuiden zich breed inzetbaar in de offshore manoeuvreert! Het schip draagt de naam van Paul van Laars echtgenote Miranda.
Drie maal Cummins 440 kW KTA19 DM staat voor de energie aan boord. Het powermanagement van EMS managet de energie voor boordspanning, apparatuur, boegschroef en twee Veth-thrusters die met watergekoelde elektromotoren zorgen voor low tot full speed – in a second. EMS installeerde tevens de gehele elektrische installatie. De Boer Marine uit Urk leverde en installeerde apparatuur. De Miranda is het tweede schip dat Shipyard Trico voor Van Laar bouwde.
Onderscheidend
Zwaar weer in de offshore betekent te veel materiaal voor de wal zonder werk. Waarom dan toch een nieuw schip?
Technisch manager René Clots van Van Laar Maritime antwoordt: “Natuurlijk raakt de malaise ons. Vooral naar ouder en minder functioneel inzetbaar materiaal is er niet veel vraag. Heel anders is dat met het in 2015 in de vaart gekomen mvs Tess. Dat is een zusterschip van deze Miranda, eveneens modern uitgevoerd voor de offshore-, wind-, olie- en seismografische industrie.”
“In maart lag de Tess hier bij Shipyard Trico voor wat garantiewerkzaamheden. Een eventuele opdrachtgever kwam uit interesse voor het schip eens langs. We hielden er direct een opdracht aan over!”
Clots vervolgt: “Je wint dan op uitstraling, equipment en apparatuur, waarmee bijvoorbeeld Fugro met eigen specifieke apparatuur kan integreren. De Miranda kan slepen, heeft een kraan en hydraulisch A-Frame op het achterdek, is superzuinig in exploitatie en bezit een onvergelijkbaar grote accommodatie. Op een krappe markt win je door onderscheidende faciliteit te bieden en dat is precies de reden waarom Van Laar Maritime naar kunnen nieuwe schepen bouwt.”
Samenwerken en leren
Is het lastig om een goede crew te vormen?
“Gelukkig hebben we goede mensen van wie sommigen al meer dan vijftien jaar bij ons varen. We stimuleren scholing en we coachen hen ook. Paddenstoelkwekerijen in de stores willen we voorkomen! Een schip moet een visitekaart voor de klant en firma zijn”, aldus Clots, die in het weekend ter ontspanning aan het roer van zijn oude sleepboot staat.
“De Miranda heeft klasse Rina Services Unresricted A1A 2, 3 en 4 worldwide met iceclass, vertelt Trico-manager John van de Wijgaart. Zo’n schip is in uitvoering een uitdaging voor ons Trico-team en de onderaannemers.”
“Deze klant wilde graag invloed op dit geheel Nederlandse bouwproject. Hiertoe hebben we met Van Laar-manager René Clots niet alleen uitstekend samengewerkt maar opnieuw geleerd van de specifieke uitvoering. De proefvaart verliep probleemloos, geen enkel onnodig alarm. Manoeuvreren met twee thrusters plus boegschroef is een genoegen. De Miranda heeft veel functies, daar is goed over nagedacht; dat etaleert ambitie!”
IJtama
De stuurhut heeft het IJtama-label, ofwel hoge kwaliteit, mooi afgewerkt en duurzaam materiaal. Twee stuurstoelen achter een zee aan apparatuur en satelliet voor internet, screens, kaartentafel en over bakboord een havenmanoeuvreerstand onderstrepen de professionaliteit van deze brug.
“Zo’n schip krijgt klappen op zee”, meldt een IJtama-medewerker. “Het moet goed vastzitten, voor een eventuele lekke leiding altijd demontabel zijn en je moet er ook rekening mee houden dat het 90 graden kan slingeren. Zeelui zijn niet altijd voorzichtig; het moet tegen een stootje kunnen. Het materiaal dat we gebruiken kan je desnoods met aceton afsoppen.”
Hoeveel schepen heeft u met collega’s al betimmerd?
“Sinds 1977 zo’n zes à zeven per jaar; dus staan er minstens 250 op de klok.”
Van Laar Maritime
Groen op de huid en een rood stuurhuisdak boven de kim is negen van de tien keer een Van Laar-Schip. Een no nonsense-firma, zeggen medewerkers. Directeur Paul van Laar (47) is de vierde generatie. Jacobus van Laar ontwikkelde het bedrijf van scheepsbenodigdheden naar sportvisserij, scheepswerf en offshore. Nog altijd is hij als adviseur aanwezig.
De maritieme sector bestaat naast de ship crew uit twaalf kantoormedewerkers, 32 schepen voor de wereldwijde zeevaart, drie survey-vaartuigen voor kust- en binnenwateren en sinds kort ook een drietal pontons voor gebruik in de natte aannemerij.
De scheepswerf telt 25 man plus de dokmeester en manager, die meestal zijn ketelpak aantrekt.
Knippen en scheren, schilderen, schroefas- en staalreparaties en allerlei andere werkzaamheden worden er verricht. Ook het verlengen van schepen behoort tot de mogelijkheden.
Van Laar Visserijketting is eveneens grootleverancier van kettingen en ankers aan de Nederlandse visserij, koopvaardij en aannemerij. Afnemers in Groot-Brittannië, Scandinavië en Australië (waar de kettingen gebruikt worden in de bosbouw) weten Van Laar in IJmuiden te vinden.
tekst en foto’s: Johan de Witte