Vorige week was het in Nijmegen weer zover: de Vierdaagse. 45.000 mensen hadden zich ervoor ingeschreven. En onder hen – net als elk jaar – bijna honderd mensen uit de binnenvaart. Zij konden tijdens het jaarlijkse wandelfestijn opnieuw rekenen op een voortreffelijke verzorging door een grote groep vrijwilligers van het KSCC.
Rustend in de verzorgpost kregen de wandelaars een deken omgeslagen om te voorkomen dat ze te veel afkoelden. (foto’s Harrie van Eeuwijk)
“Al lang van tevoren begonnen we vanuit het KSCC met de voorbereiding op dit evenement”, vertelt Roland Stensen, een van de mensen die elke dag de eerste KSCC-verzorgingspost bemant langs de door de wandelaars af te leggen route. Voor hem is het inmiddels allemaal gesneden koek, want hij offert er nu al meer dan tien jaar een van zijn vakantieweken voor op. “Ik doe het met veel plezier, want het is leuk werk en het is prachtig om te zien dat het hele Vierdaagse-gebeuren binnen onze KSCC-wereld, zowel qua inschrijving als qua verzorging, nog steeds groeit.”
“Die verzorging van onze zijde is niet enkel de mensen de gelegenheid bieden om in onze posten even uit te rusten of om wat te gebruiken. Regelmatig moeten we de wandelaars een beetje moed inspreken, als ze het op bepaalde momenten soms niet meer zien zitten.”
Wisseling van de wacht
Tot vorig jaar coördineerde Antoine Kuenen de gehele operatie van inschrijven, verzorgen en dergelijke voor de deelnemers vanuit het KSCC. Persoonlijke omstandigheden noopten hem te stoppen.Ingeborg Poppelier van het ms Clamarant nam de taak over.
Op maandagmiddag 20 juli kwamen bijna alle deelnemers naar het KSCC voor nadere instructies. Elke wandeldag stonden op vier plaatsen langs de route posten om de KSCC-wandelaars de soms broodnodige assistentie te verlenen. Sommigen van de ongeveer dertig vrijwilligers begonnen alle wandeldagen al om vier uur ’s ochtends met hun werkzaamheden.
“Vanaf het begin was de sfeer ontspannen, gemoedelijk en vriendelijk”, geeft Henri Mooren tegen het einde van de tweede dag aan. Henri verleende achter de schermen veel assistentie aan de voorbereidingen, en zelf liep hij in de categorie van de 50 kilometer mee – voor de 34e keer.
Jordi Poppelier kreeg, als jongste deelnemer, als eerst de herinneringsmedaille.
“Het was druk, maar ontberingen zoals wachttijden en opstoppingen werden gelaten geaccepteerd”, vervolgt Henri. “De toeschouwers vormden een geweldige ondersteuning. Nijmegen en omgeving kunnen trots zijn op de manier waarop men vele mensen een thuis bood.”
Op de eerste dag was het behoorlijk warm. De tweede dag verliep goed, de derde dag gaf veel regen en buiten verwachting bleef de vierde dag voor een groot gedeelte droog. Ver in de namiddag kwamen er wel flinke buien, maar toen waren al velen binnen. In totaal vielen van de binnenvaartgroep vijf van de 95 gestarte deelnemers uit.
Blarenbal
Op vrijdagavond werd het festijn met het traditionele Blarenbal afgesloten op het Schipperscentrum in de Waalhaven in Nijmegen. Aalmoezenier Bernhard van Welzenes dankte alle vrijwilligers voor hun bijzondere inzet en feliciteerde alle deelnemers met het behaalde succes. Een bijzonder woord van dank had hij voor Ingrid Poppelier, die op voortreffelijke wijze de coördinatie verzorgde. Ruud Mooren werd in het zonnetje gezet, omdat hij zijn 25-jarig jubileum vierde als verzorger. In al die jaren heeft hij heel wat blaren had geprikt.
De jongste deelnemer, de 11-jarige Jordi Poppelier, kreeg als eerste de herinneringsmedaille en de bekende gladiool uit handen van Ingrid Poppelier, belegeid met een dikke kus. Daarna kwamen alle andere deelnemers naar voor en mochten uit handen van de vrijwilligers hun herinneringsmedaille en gladiool in ontvangst nemen. Even na acht uur was het officiële gedeelte voorbij en kon het echte Blarenbal beginnen.
(Harrie van Eeuwijk)