Het blijft imposant als een nieuwe binnenvaarttanker in gebruik wordt genomen. Zeker als je weet dat het een roestvrijstalen tanker is, geschikt voor het vervoer van chemicaliën. Het mts Van Dyck dat afgelopen week werd opgeleverd door RensenDriessen Shipbuilding en overgedragen aan rederij GEFO, is zo’n imposante verschijning.
De roestvrijstalen chemietanker is genoemd naar de 17e-eeuwse schilder Antoon van Dyck uit de Antwerpse School. De associatie met meesterschilders geeft de schepen van GEFO nog meer allure.
Serie
De Van Dyck werd voorafgegaan door de Van Gogh, die op 13 maart zijn proefvaart maakte. Later dit jaar wordt de Van Dyck gevolgd door de door de eveneens roestvrijstalen chemietanker Vermeer.
Daarmee wordt deze serie van drie schepen die RensenDriessen Shipbuilding in 2020 levert aan Gefo afgesloten. Het mag zonder meer knap worden genoemd dat de bouwcoördinatie van met name de Van Dyck doorgang heeft gevonden in een zo moeilijke periode, waarin de samenleving min of meer op slot ging.
18 miljoen ton
De ingebruikname van de Van Dyck is weer een uitbreiding voor GEFO, met een indrukwekkende vloot van diverse typen tankers goed voor het jaarlijks vervoer van ruim 18 miljoen ton aan vloeibare, gevaarlijke lading, over zee en over de binnenwateren.
De helft van de voor GEFO varende vloot is in eigendom bij het bedrijf dat zijn hoofdkantoor heeft in Hamburg. Het vervoer van chemische stoffen in het ARA-gebied en op de Rijn wordt beheerd en gecoördineerd door GEFO-dochter Unitas in Antwerpen.
Dat de Van Dyck kon worden afgerond in deze lastige periode, is voor een belangrijk deel te danken aan de samenwerking tussen een grote groep partijen die uitstekend op elkaar zijn ingespeeld.
RensenDriessen Shipbuilding was zelf verantwoordelijk voor het (moneymaker)ontwerp van de Van Dyck, de bouw en uiteindelijk de complete levering ervan. De Van Dyck werd weer afgebouwd bij Dolderman in Dordrecht. De Dordtse afbouwwerf heeft al veel schepen voor RensenDriessen Shipbuilding afgewerkt en bouwde net als bij de Van Gogh bij de Van Dyck een Caterpillar 3512C hoofdmotor in en een C18 generatorset.
De hoofdmotor drijft via een Masson Marine keerkoppeling (type MM W7200 reductie 4,962:1 inclusief Centa elastische koppeling met elektrische bediening) van ADS van Stigt en een door Den Breejen Shipyard geleverde schroefasinstallatie een vijfbladige schroef aan met een diameter van 1750 millimeter, geleverd door Promarin Propeller- und Marinetechnik. Zowel de keerkoppeling als de motor zijn uitgelijnd door Exakt Alignment.
Voorop bevindt zich de Verhaar Omega-boegschroefinstallatie, type kanalen 31120-4k met een schroefdiameter van 1200 millimeter, die elektrisch wordt aangedreven (393 kW bij 1800 omwentelingen per minuut). De bediening is wegafhankelijk inclusief de omschakeling en pomp-/boegschroefbedrijf en schroefcompressor MAS GA11 FF op 500L Lloyds gekeurde ketel.
Stuurhuis
Kampers Shipyard leverde het stuurhuis inclusief het hefgeleidekokersysteem. In het stuurhuis treffen we de vertrouwde kwaliteit van Alphatron Marine die het complete nautische pakket leverde aan de Van Dyck.
Het SP 2700 stuurpaneel inclusief de roerstandaanwijzer type RI 2700 kwam van Damen Marine Components, dat tevens tekende voor het hydraulisch aggregaat, type HPP 2700-280, de 2DWK 6080/60 roeraandrijving, twee hydrodynamische XR 200 profielroeren en een Optima-straalbuis.
Stam Constructie leverde de rvs lampensteunen en bedieningskasten, een uitlaatset met vonkenvanger, een dubbel uitschuifbare luchtinlaatpaddenstoel, lekbakken aan dek en rvs relingdraden. Van Van Wijk Machinefabriek en Scheepsreparatiebedrijf kwamen de ankerlieren, ankers en kettingen op de Van Dyck. DBS Scheepsservice leverde de aluminium vloeren voor het voor- en achterschip.
De heklichtbeugel, de voormast, de boordlichtbakken, de rvs roeftrap, de dakradarmast en de stuurhuttrap kwamen van Blommaert.
Ladingzone
De ladingzone van de Van Dyck is gebouwd volgens dezelfde hoge standaard. RuGotech Pijpleidingen verzorgde het complete dekleiding systeem. Berg Maritieme Meetsystemen leverde het tankmeet- en alarmeringssysteem voor de ladingtanks, de leiding-tracing op laad-los-, dampretour- en stripleiding. Hetzelfde bedrijf leverde tevens de doorvaarthoogtemeting en de gasdetectiesystemen voor de woning en het stuurhuis.
Marflex leverde acht MDPD-80 ladingpompen en evenzoveel nazuigpompen. Afsluiters voor de dekleidingsystemen, het ballastsysteem en in de machinekamers kwamen van W & O Europe.
Foresta Trading leverde het complete pakket Victor-dienstpompen, twee ballast-/stripping-ejectors, een voorsmeer- en carter-aftappomp, smeeroliehaspelsets, een gasolietrimpomp en een rvs butterwash-pomp.
Classificatie van de tanker werd gedaan door Lloyd’s Register.
WindeX Engineering leverde de airconditioning en de overdrukinstallatie. VE-woning en scheepsstoffering was verantwoordelijk voor de complete stoffering van de woning en het stuurhuis inclusief Ve-screen zonwering.
